2020 Oekraïne op weg naar beter bodembeheer
In een groot deel van Oekraïne is de bodem van uitstekende kwaliteit. Door klimaatverandering, erosie en matig bodembeheer neemt de vruchtbaarheid af. De overheid onderneemt actie. Een groeiende groep boeren toont belangstelling voor een beter beheer van de bodem.
Oekraïne heeft meer dan een kwart van 's werelds Chernozem, ofwel zwarte aarde. Chernozem is een zeer vruchtbare grond die hoge landbouwopbrengsten geeft en uitstekende agronomische omstandigheden biedt voor de productie van gewassen, vooral granen en oliehoudende zaden.
Deze zwarte grond is rijk aan fosforzuren, fosfaat en stikstof. Chernozem bevat ook een hoog percentage humus (tot 15% vergeleken met 4% in gemiddelde bodems). Naarmate het organisch materiaal uiteenvalt, wordt de kleur van de grond donkerder. Het vermogen om voedingsstoffen aan te trekken en vast te houden, wordt steeds groter.
Deze gunstige agro-ecologische productieomstandigheden, gecombineerd met een gunstige geografische ligging, geven de landbouwsector in Oekraïne op papier een sterk concurrentievoordeel.
Lees verder onder foto
Grootste uitdaging is bodemerosie
In de praktijk kampt Oekraïne echter met grote uitdagingen die de concurrentiepositie van de landbouw onder druk zetten. De grootste uitdaging is bodemerosie. In de afgelopen decennia is de Chernozem-grond sterk aangetast. Vooral in de steppegebieden in het zuiden rondom Mikolaev, Cherson en Odessa en in het oosten rond Kharkov heeft de bodem sterk te lijden.
Waar de Chernozem-laag hier enkele decennia terug nog ruim twee meter dik was, is dit nu in sommige gevallen niet meer dan 10 centimeter. Er zijn plekken waar sprake is van woestijnvorming.
De voornaamste oorzaak van de bodemerosie is slecht landbeheer, aldus Oksana Davis, projectcoördinator van het GEF FAO-project “Integrated Natural Resources Management in Degraded Landscapes in the Forest-Steppe and Steppe Zones of Ukraine”. Volgens Davis heeft dit te maken met de mentaliteit van de Oekraïense boeren, die land zien als een eindeloze hulpbron. De boeren realiseren zich niet dat zij hun grond ook moeten onderhouden. Davis wijst erop dat veel van de grote boeren geen landbouwachtergrond hebben. De kennisoverdracht tussen boeren is beperkt en er zijn onvoldoende landbouwvoorlichtingsdiensten.
Volgens een studie van de Wereldbank gaat jaarlijks meer dan 500 miljoen ton landbouwgrond door erosie verloren in Oekraïne. Op meer dan 32 miljoen hectare gaat de bodemvruchtbaarheid achteruit, ruim drie kwart van de totaal beschikbare hoeveelheid vruchtbare grond.
Lees verder onder foto
Klimaatverandering versterkt erosie
Klimaatverandering versterkt het proces van bodemerosie. In de afgelopen 15 jaar zijn de periodes van droogte in Oekraïne toegenomen, zowel in intensiteit als in frequentie. Langdurige droogte komt nu gemiddeld eens in de drie jaar voor. Hierdoor daalt de gewasopbrengst aanzienlijk. Dit is vooral voelbaar in de zeer productieve gebieden van het land, zoals het Steppe-gebied in het zuiden, dat de helft van het graan voor Oekraïne produceert.
Naast de beschikbaarheid van voldoende water staat ook de kwaliteit onder druk. De verdamping neemt toe en dat leidt tot verzilting. Volgens de Wereldbank zijn de nadelige gevolgen hiervan voor de voedselproductie in Oekraïne groot: voor elke dollar toegevoegde landbouwwaarde gaat een derde dollar verloren door erosie. Als gevolg van bodemerosie en klimaatverandering neemt de intensivering van de landbouw in het noorden van het land zichtbaar toe.
Beleid voor beter bodembeheer
De Oekraïense overheid zet stappen om bodemerosie tegen te gaan. Probleem is de gebrekkige coördinatie. Zo is het ministerie van Milieubescherming verantwoordelijk voor het naleven van internationale verplichtingen. Toezichthoudende instanties zoals het Kadaster en het Instituut voor Bodembescherming vallen weer onder het ministerie van Economische Ontwikkeling, Handel en Landbouw.
Bijkomend probleem is dat Oekraïne geen bodemmonitoringssysteem en actuele data heeft over het proces van bodemdegradatie. Daardoor is het niet mogelijk om te sturen.
De belangrijkste toezichthouder is het genoemde Instituut voor Bodembescherming, die laboratoria heeft in het hele land. Deze gebruiken echter verschillende monitoringssystemen voor de dataverzameling. Hierdoor kunnen de resultaten niet met elkaar worden vergeleken.
Om dit probleem op te lossen, is een nationaal bodempartnerschap opgericht, waar zeven toonaangevende staatsinstellingen aan deelnemen. Dit zijn onder andere het bodeminstituut in Kharkov, het instituut voor microbiologie, het instituut voor waterverbetering en het Kadaster. De FAO ondersteunt het partnerschap.
De weg naar voren
Terwijl de overheid werkt aan een uniform systeem voor bodemmonitoring en dataverzameling worden de boeren in de praktijk direct geconfronteerd met de gevolgen van bodemerosie. We kunnen de boeren grofweg in drie groepen onderverdelen. De eerste groep bestaat uit boeren die alleen geïnteresseerd zijn in winstgevendheid op korte termijn. Daarnaast is er een groep kleinere boeren die wel duurzaam wil produceren, maar hiervoor onvoldoende kennis en middelen heeft. En tot slot is er een groep die beschikt over kennis van duurzame landbouwmethoden en ook erg milieubewust is. Het is niet heel verrassend dat de laatste groep boeren vooral actief is in de risicogebieden. Deze boeren ondervinden namelijk aan den lijve de gevolgen van erosie.
Ondersteuning met Nederlandse kennis
Het lijkt er toch op dat steeds meer Oekraïense boeren zich bewust worden van de gevolgen van bodemerosie. Deze kunnen geholpen worden met Nederlandse kennis over circulaire landbouw, in samenwerking met partners zoals FAO en Wereldbank.
Een nieuwe wet voor de handel in grond, die gepland staat voor medio volgend jaar, kan hierbij een mogelijke gamechanger zijn. Door aan- en verkoop van land toe te staan, is het waarschijnlijk dat eigenaar en gebruiker van landbouwgrond in de toekomst vaker dezelfde persoon is. Dit stimuleert een goed beheer van de grond.
Bronnen
Landbouwteam Oekraïne
kie-lnv@minbuza.nl
Twitter: @AgriKiev
Mei 2020