België: Dierenwelzijn opgenomen in de Belgische grondwet

Met een ruime meerderheid heeft het Belgische parlement op 2 mei 2024 het opnemen van dierenwelzijn in de Belgische grondwet goedgekeurd. Daarmee is dierenwelzijn in België officieel een beleidsdoelstelling geworden, waaraan de rechter beleidsinitiatieven en vergunningen van alle Belgische overheden kan toetsen. België is het zesde Europese land dat het welzijn van dieren in de grondwet opneemt (Duitsland, Italië, Oostenrijk, Slovenië en Zwitserland gingen België reeds voor).

In casu gaat het om toevoeging van dierenwelzijn aan artikel 7bis van de Belgische grondwet. Dit artikel houdt een algemene beleidsdoelstelling ten aanzien van duurzame ontwikkeling in, die alle Belgische overheden dienen na te streven bij het uitoefenen van hun bevoegdheden (een zogenaamde bindende gedragslijn). De Belgische grondwetexpert Quinten Jacobs bevestigt dat Artikel 7bis niet rechtstreeks afdwingbaar is, maar dat een rechter de bepaling wel kan meenemen in de afweging bij beslissingen over andere grondrechten.

Fotocollage van verschillende boerderijdieren
Beeld: ©Canva

Sinds 2020 dieren reeds erkend als “wezens met gevoel””

Sinds januari 2020 waren dieren in het Burgerlijk Wetboek al erkend als wezens met gevoel en niet langer als voorwerpen die niet over rechten konden beschikken. Daardoor bestond er sinds januari 2020 in de Belgische wet al een aparte categorie ‘dieren’, naast de bestaande categorieën ‘mensen’ en ‘goederen’.

Nu nog een stap verder: verplichte bescherming

Het huidige wetsvoorstel verplicht de overheden van alle niveaus om te streven "naar bescherming en zorg voor dieren als wezens met gevoel" en gaat daarnaast zonder standstill in, wat betekent dat de rechten van dieren niet achteruit mogen gaan.

Onduidelijkheid over juridische gevolgen

Voor- en tegenstanders van de toevoeging twisten nog over de juridische reikwijdte van het wetsvoorstel.

Voorstanders minimaliseren de impact van de toevoeging door te stellen dat het gaat om een symbolische toevoeging, omdat dierenwelzijn slechts als een gedragslijn in de grondwet wordt opgenomen, terwijl die reeds in wetsbronnen van andere niveaus was opgenomen. Volgens grondwetexpert Quinten Jacobs is dit echter een irrelevant argument, omdat die andere wetsbronnen vaak niet de wetsbronnen zijn die gebruikt wordt bij het aanvechten van vergunningen.

Tegenstanders vrezen dat deze toevoeging dan weer een soort ‘stikstof II’-dossier wordt, omdat vanaf nu dierenwelzijn een referentie wordt waaraan een rechter vergunningen voor stallen, dierenmarkten en de vereiste ruimte voor dieren in het kader van lastenboeken (document met beschrijving van vereisten waar landbouwers aan moeten voldoen), moet toetsen. Dit zal zorgen voor veel dure en tijdrovende juridische processen, waarin steeds weer bepaald moet worden of het gevoel van dieren nu wel of niet nadelig wordt getroffen door de betrokken maatregel. Ook grondwetexpert Quinten Jacobs deelt deze vrees. Volgens hem zal in de toekomst deze toevoeging niet alleen gevolgen kunnen hebben voor uitspraken over vergunningen, maar ook over dierentransport en het onverdoofd slachten van dieren.

Dit is dan ook de reden dat de rechtse politieke partijen N-VA, Vlaams Belang en  Open Vld en de christendemocraten ofwel tegen het wetsvoorstel hebben gestemd, ofwel zich hebben onthouden van stemming.  

Landbouworganisaties

Alhoewel de Vlaamse landbouworganisaties Boerenbond en ABS het belang van dierenwelzijn onderstrepen, hebben zij hun zorgen geuit ten aanzien van de rechtsonzekerheid van deze wetsbepaling bij de afweging van de belangen van dierenwelzijn ten opzichte van de menselijke economische belangen. 

Reactie maatschappelijke organisaties

De dierenbeschermingsorganisatie GAIA en Animal Rights hebben verheugd gereageerd op deze toevoeging, maar nuanceren ook de impact ervan. Volgens hen zal er in de praktijk op korte termijn weinig tot niets veranderen ten aanzien van dierenwelzijn. Maar, geven ze toe, op de langere termijn zou dit inderdaad wel anders kunnen liggen.