Frankrijk: Algemene Rekenkamer dringt aan op krimp rundveestapel
De Franse Rekenkamer heeft 22 mei een rapport uitgebracht over de Franse rundveehouderij (melkvee en vleesvee). In dit rapport beveelt de Rekenkamer de regering aan een strategie te ontwikkelen voor de reductie van de Franse rundveestapel en doet het aanbevelingen om rundveehouders die in problemen verkeren te helpen hun bedrijf aan te passen.
De rundveehouderij zou economisch kwetsbaar zijn, te zeer afhankelijk zijn van Europese subsidies. Rundveehouders zouden ondanks de financiële steun weinig verdienen en de rundveehouderij zou een grote bijdrage leveren aan de emissie van broeikasgassen.
Deze aanbevelingen worden naar buiten gebracht op het moment dat de Franse regering bezig is zijn beleid te ontwikkelen voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. Landbouw zal daar een belangrijke bijdrage aan moeten leveren (25 Mt, 20% van de totale nationale reductie).
Minister van economie Le Maire droeg bij aan de onrust in de agrarische wereld door een fabriek voor de productie van plantaardige vleesvervangers te openen en aan te geven dat consumptie van vleesvervangers een model voor de toekomst is.
Minister van landbouw Fesneau geeft aan dat de rundveehouderij voor Frankrijk onmisbaar is en blijft, om verschillende redenen, maar geeft geen harde garanties dat de rundveehouderij niet zal moeten krimpen.
Wat staat er in het rapport uitgegeven door de Rekenkamer
Op 22 mei bracht de Franse Rekenkamer het rapport "Les soutiens publics aux eleveurs de bovins" (Overheidssteun aan rundveehouders) uit. Dit is opgesteld op eigen initiatief van de Rekenkamer.
De Franse rundveehouderij (vleesvee en melkvee) ontvangt elke jaar 4,3 miljard euro overheidssteun en is daarmee de zwaarst gesubsidieerde landbouwsector in Frankrijk. Het betreft grotendeels Europese subsidies in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid.
Voor wat betreft de productie van zuivel heeft Frankrijk een overschot op de handelsbalans van 3,4 miljard euro.
En het overschot wat betreft rundvlees is ongeveer 1 miljard euro. Daar moet wel bij gezegd worden dat Frankrijk veel levende runderen voor de slacht exporteert, maar tegelijkertijd rundvlees importeert. De Franse rundveehouderij blijft economisch een kwetsbare sector, met een grote afhankelijkheid van overheidssteun. Ondanks de aanzienlijke subsidies is 20% van de vleesveebedrijven verlieslijdend, en 5% van de melkveebedrijven. De rundveehouderij past zich ook moeilijk aan aan een veranderende vraag van de consument, en is slecht georganiseerd.
De rundveehouderij kent ook problemen als het gaat om de overname van bedrijven, aangezien het gezien wordt als een weinig aantrekkelijke sector. De inkomens zijn laag, terwijl het werk zwaar en veeleisend is. Er zijn ook relatief veel zelfmoorden onder rundveehouders.
De rundveehouderij draagt aanzienlijk bij aan de emissie van broeikasgassen in Frankrijk. Het gaat om 11,8% van de CO2 equivalenten. De opslag van CO2 in grasland weegt daar niet tegenop. Frankrijk heeft de zogenaamde Global Methane Pledge ondertekend, die oproept tot een reductie met 30% van de uitstoot van methaan. De Rekenkamer geeft aan dat de landbouw een belangrijke bijdrage zal moeten leveren aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen, en de rundveehouderij is dan de meest relevante sector.
De Rekenkamer geeft overigens aan dat 30% van de Fransen meer rood vlees consumeert dan de 500 gram per week die door de gezondheidsautoriteiten wordt aanbevolen. Een reductie van de rundveestapel zou in principe gelijk op kunnen gaan met een daling van de consumptie van rood vlees in Frankrijk.
De Rekenkamer geeft aan dat het systeem van financiële steun aan rundveehouders zou moeten worden herzien, waarbij rekening wordt gehouden met economische maar ook met sociale en milieuaspecten. Rundveehouders die op alle aspecten slecht scoren, zouden geholpen moeten worden om het bedrijf te beëindigen, en steun zou juist moeten dienen om bedrijven op alle criteria positief te laten presteren. Overigens is de laatste jaren reeds sprake van een constante daling van de rundveestapel in Frankrijk (10% in de laatste 5 jaar). Een autonoom proces, als gevolg van vergrijzing en economische redenen.
De Rekenkamer geeft ook aan dat de productie van energie (biogas enerzijds, zonne-energie anderzijds) interessant kan zijn voor rundveehouders, om de bronnen van inkomsten te diversifiëren. Ook zou er bedrijfsmatig gezocht kunnen worden naar meer synergie tussen de melkvee- en vleesveehouderij.
Nationale reductiedoelstellingen broeikasgassen
Tijdens de vergadering van de Nationale Raad voor Ecologische Transitie – ook op 22 mei – hebben minister-president Borne en haar team van het secretariaat voor Ecologische Planning de grote lijnen gepresenteerd van een plan om de uitstoot van broeikasgassen in Frankrijk tegen 2030 met 138 Mt te verminderen. 25 Mt reductie zou moeten komen uit de landbouwsector, d.w.z. 20% van de nationale inspanning. De belangrijkste besparingen zouden kunnen komen uit een beter gebruik van meststoffen (6 Mt), een trendmatige krimp van de veehouderij en verbeterde praktijken (5 Mt), en de ontwikkeling van grasland (4 Mt). Om deze hefbomen "veilig te stellen" zal op 9 juni een bijeenkomst met de belanghebbenden uit de landbouw worden georganiseerd, en zullen de werkzaamheden met de lokale overheden worden voortgezet.
Bruno Le Maire opent fabriek voor vleesvervangers
Op 17 mei opende minister van economische zaken en financiën Le Maire de nieuwe fabriek van HappyVore, producent van vleesvervangers. Vervolgens schreef hij op twitter: “HappyVore" is het perfecte voorbeeld van wat we met het wetsvoorstel Groene Industrie willen opbouwen: economische activiteit ontwikkelen en tegelijkertijd de planeet beschermen." En voegde daaraan toe: "Wist je dat 100g plantaardige eiwitten 60 tot 90% minder broeikasgassen genereren dan 100g dierlijke eiwitten." De uitspraken van de zeer invloedrijke minister Le Maire werden door de agrarische pers en vertegenwoordigers van de agrarische wereld als uiterst provocerend ervaren en dragen bij aan de grote onrust in die kringen over het rapport van de Rekenkamer.
Om de gemoederen te sussen heeft minister Bruno Le Maire afgevaardigden van Interbev (Nationale Vereniging voor de Vee- en Vleeshandel) op zijn ministerie ontvangen na het bericht op Twitter. Hij heeft toegezegd "bereid" te zijn om samen met de minister van Landbouw te werken aan een "herstelplan" voor de sector. Ook is hij graag bereid deze zomer een rundveebedrijf te bezoeken", met minister Marc Fesneau van Landbouw.
Geruststellende woorden minister van landbouw Fesneau
Minister van landbouw en voedselsoevereiniteit Fesneau doet, sinds het verschijnen van het rapport van de Rekenkamer, zijn best om de grote onrust en verontwaardiging, die is ontstaan in de Franse agrarische wereld, te temperen. Hij wijst daarbij op het belang van de rundveehouderij voor de Franse voedselvoorziening (en ‘voedselsoevereiniteit’), voor de leefbaarheid van het platteland, voor het behoud van het Franse landschap en voor de opslag van CO2 in grasland. Hij geeft ook aan dat het geenszins de bedoeling is meer rundvlees uit het buitenland te gaan importeren, voor binnenlandse consumptie. Hij geeft echter geen harde garanties af dat de rundveestapel niet zal moeten krimpen.
Dit rapport van de Rekenkamer geeft een heel andere boodschap af dan tot nu toe gangbaar in het debat over de landbouw in Frankrijk. Sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne en de coronacrisis ging het vooral over ‘voedselsoevereiniteit’ en hoe de Franse agrarische productie op peil te houden. In dat kader werd veel gesproken over manieren om de (nu reeds slinkende) rundveestapel te behoeden voor een verdere krimp.