'Visserij altijd spannend dossier in Brussel'
De Europese Unie was, is en blijft van cruciaal belang voor de Nederlandse zeevisserij. Bijna alle besluiten die de belangen van onze visserijsector raken, worden in Brussel genomen, zegt landbouw- en visserijraad Corné van Alphen, werkzaam in het landbouwteam bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Unie (PV EU). Binnenkort keert hij terug naar het ministerie van LNV.
Van Alphen kijkt met veel voldoening terug op zijn Brusselse periode. “Schrijf maar op, ik heb hier een fantastische tijd gehad. Ik begon hier in 2018, had op dat moment geen ervaring met visserij. En dan kom je opeens op deze plek terecht. De visserij ligt politiek gevoelig, de belangen zijn concreet, groot én meestal tegengesteld. Om het in het Engels te zeggen: never a dull moment.”
Nederland heeft permanente vertegenwoordigingen bij de OESO (Parijs), FAO (Rome) en Europese Unie (Brussel). Bij de PV EU werken experts van alle ministeries. Doel is om de Nederlandse belangen in Brussel zo goed mogelijk te behartigen. Het Nederlandse landbouwteam doet dat ook voor de visserijsector en het was Van Alphen die daar vanuit zijn team afgelopen jaren voor verantwoordelijk was.
Altijd hectiek
Hij had in 2018 wel enige Brusselse ervaring. Bijvoorbeeld op het terrein van fytosanitaire zaken en het Plattelandsontwikkelingsprogramma. “Maar visserij was voor mij nieuw. Er is altijd hectiek rondom deze sector. De visquota, pulsvisserij of Brexit, de belangen zijn groot. Heb het allemaal meegemaakt, ik kijk terug op een enorm leerzame tijd.”
'De visserij blijft komende jaren in Brussel een belangrijk politiek dossier'
Historische steden
Hij woonde afgelopen jaren in Brussel met zijn vrouw die deels net over de grens in de buurt van Breda bleef wonen. België is een interessant land om een tijd te wonen, zegt hij. “Steden als Gent, Brugge en Antwerpen en zeker ook Brussel hebben een enorme historie. Het platteland is minder aangeharkt dan in Nederland en dat spreekt mij wel aan. Door de coronapandemie heb ik er helaas wat minder van kunnen genieten.”
Onderhandelingen over visquota
De jaarlijkse quotaonderhandelingen omschrijft hij als een jaarlijks hoogtepunt in zijn werk. “Samen met onze Haagse LNV-collega’s en de brancheorganisaties proberen we daar elk jaar het maximale voor de Nederlandse vissers uit de halen. Dan gaat het erom de signalen uit andere landen op te vangen, coalities te sluiten, helder te krijgen hoe de Europese Commissie en het Europese Parlement in de wedstrijd zitten. Netwerken, netwerken en nog eens netwerken. De onderhandelingen tussen de ministers gaan vaak door tot vroeg in de ochtend. Naar mijn mening zijn we daar voor de Nederlandse zeevisserij afgelopen jaren goed uitgekomen.”
Afspraken in kader van Brexit
Veel tijd heeft hij gestoken in de Brexit. Een van de meest heikele kwesties van de Brexit betrof de visserij in de Noordzee. Voor de verschillende vissoorten is uiteindelijk een verdeelsleutel afgesproken, bijvoorbeeld voor een bepaalde vissoort 75% voor de EU-lidstaten en 25% voor de VK. “Daarmee is de kous overigens niet af”, zegt van Alphen. “Nu gaat het elk jaar om de tonnen vis die bij die percentages horen. Gaat het om 300.000 ton of 500.000 ton? En welke vangsttechnieken zijn toelaatbaar? Die onderhandelingen heb ik twee keer meegemaakt. Om dat spel goed te spelen, heb je een netwerk nodig. Dat heb ik weten op te bouwen. Ben ik best trots op.”
Debat over pulsvisserij
Het gesprek komt op de pulsvisserij. “Dat dossier is helaas niet goed afgelopen voor Nederland. Ik vind dat betreurenswaardig. De pulstechniek is uiteindelijk duurzamer voor het milieu dan de traditionele boomkortechniek, maar de tegenstand in Europa was te groot. Deze wedstrijd hebben we verloren. Het is ons niet gelukt om voldoende steun van andere Lidstaten te krijgen. Heel jammer.”
Hij heeft veel geleerd over de besluitvorming in de Europese Unie. “Eerder kwam ik voor LNV af en toe een dag in Brussel. Leuk, maar niet zo effectief. Als je hier een paar jaar elke dag rondloopt, weet je hoe de hazen lopen. Dan kun je beter de juiste mensen inschakelen om de Nederlandse belangen optimaal te behartigen. Eigenlijk zou iedereen die belangstelling heeft voor de Europese samenwerking dit een tijd moeten doen.”
Nieuwe controleverordening
De visserij blijft komende jaren in Brussel een belangrijk politiek dossier, weet hij. “Op dit moment wordt bijvoorbeeld stevig onderhandeld over de nieuwe controleverordening. Komen er camera’s op de schepen, hoe gaan we de zogeheten aanlandplicht controleren, voor welke weegtechniek kiezen we? De Europese Commissie kwam in 2018 met een voorstel, de Europese Raad van ministers nam in 2021 een standpunt in en nu ligt de verordening in de onderhandelingen met het Europese Parlement. Het laatste woord is er nog niet over gezegd.”
Lees verder onder foto
Strategie biodiversiteit
Een ander thema waar zijn opvolger mee te maken krijgt, is de EU-biodiversiteitsstrategie. “Europa kiest voor versterking van de biodiversiteit op land én in water. Dan gaat het dus ook over de Noordzee, bijvoorbeeld over de toelaatbaarheid van bodemberoerende vangsttechnieken. Dat wordt wederom een spannende discussie.”
Veel vergaderen
Wat hij niet gaat missen? Het blijft lang stil. Dan zegt hij: “Hier ben je natuurlijk veel aan het vergaderen. Heb ik geen hekel aan, maar soms gaat het over onderwerpen waar Nederland geen belangen bij heeft. Dan zit je er een beetje bij, zonde van de tijd.”
Hij keert komende zomer terug naar het ministerie van LNV. “Prima, daar zijn genoeg interessante plekken om mijn kennis en Brusselse ervaring goed in te zetten.”
Contact
E-mail: bre-lnv@minbuza.nl
Telefoon: 0032 267 91 545