Landbouwexport in 2021 voor het eerst boven de 100 miljard euro
De waarde van de landbouwexport in 2021 wordt geraamd op 104,7 miljard euro, een record. Dat melden Wageningen University & Research (WUR) en het CBS op basis van gezamenlijk onderzoek in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
De landbouwexport in 2021 is 9 miljard euro (9,4 procent) hoger dan in 2020. De groei van de landbouwexport is te danken aan zowel een stijging van de prijzen als een groei van het exportvolume. Daarbij is de prijsstijging iets groter dan de volumegroei.
De geraamde landbouwexport van 104,7 miljard euro bestaat uit 75,7 miljard euro goederen van Nederlandse makelij en 29,0 miljard euro wederuitvoer van landbouwgoederen van buitenlandse makelij. De export van goederen van Nederlandse makelij is 10,7 procent groter dan in 2020, de wederuitvoer groeide met 6,1 procent.
De Nederlandse economie verdiende in 2021 naar schatting 46,1 miljard euro aan de export van landbouwproducten, waarvan 42,1 miljard euro dankzij export van goederen van Nederlandse makelij en 4,0 miljard euro dankzij wederuitvoer.
Minister Staghouwer: “Nederlandse boeren, tuinders en vissers zetten zich voor dag en dauw in om de inwoners van Europa en ook andere werelddelen te voorzien van goed voedsel en kwaliteitsbloemen en planten. Daar ben ik enorm van onder de indruk. We mogen dat internationale aspect van onze agrofoodsector dan ook niet uit het oog verliezen nu we aan de vooravond staan van een omslag naar meer duurzame land- en tuinbouw. En dat hoeft ook niet. Ik zie een kans voor de Nederlandse agrosector om binnen de grenzen van wat mogelijk is te blijven produceren voor de wereld, maar vooral en ook nadrukkelijk onze kennis en kunde over bijvoorbeeld gewassen, teelttechnieken èn duurzaamheid nog meer met de wereld te delen. Ik blijf mij daarom inzetten voor een sterke Nederlandse positie binnen de wereldwijde voedselketen.”
Export vooral naar de buren
In 2021 ging een kwart van de landbouwexport naar Duitsland (26,3 miljard euro). België (12 procent), Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (elk 8 procent) zijn daarna de belangrijkste bestemmingen. Frankrijk is het Verenigd Koninkrijk gepasseerd als derde belangrijkste bestemming voor de Nederlandse landbouwexport. Terwijl de waarde van de export van landbouwproducten naar Frankrijk in 2021 met 14 procent toenam, groeide de export naar het Verenigd Koninkrijk nauwelijks (met 0,4 procent).
35 procent minder wederuitvoer naar VK
De export naar het Verenigd Koninkrijk stagneert. Dit komt door een afname van de wederuitvoer van landbouwgoederen van maar liefst 35 procent. Sinds 1 januari 2021 is het vanwege invoerrechten aantrekkelijker om goederen van buiten de Europese Unie direct naar het Verenigd Koninkrijk te vervoeren en niet via Nederland. De landbouwexport van Nederlandse makelij naar het Verenigd Koninkrijk is in 2021 juist fors, met 14 procent, gegroeid. Hierbij speelt wel dat veel Britse controles op dierlijke en plantaardige producten en diverse douaneformaliteiten zijn uitgesteld tot 2022. Deze controles zullen dit jaar naar verwachting effect hebben op de Nederlandse landbouwexport naar het Verenigd Koninkrijk.
Sierteeltexport kwart hoger
Net als in eerdere jaren is sierteelt (bloemen, planten, bloembollen en boomkwekerijproducten) in euro’s gemeten het belangrijkste landbouwexportproduct. In 2021 werd voor 12 miljard euro aan sierteeltproducten uitgevoerd, een kwart meer dan in 2020. Deze toename komt vooral door de sterk gestegen prijzen van bloemen en planten in 2021. In 2020 exporteerde Nederland voor 9,6 miljard euro aan sierteelt en in 2019 voor 9,5 miljard euro.
Vlees is het tweede meest uitgevoerde landbouwproduct. De vleesexport nam met 7 procent toe van 8,5 miljard euro in 2020 tot 9,1 miljard euro in 2021. Ook alle andere belangrijke landbouwgoederen noteren een exportgroei. Alleen de export van bereidingen van graan, meel en melk is gekrompen. Een oorzaak hiervan is de forse afname van de export van babymelkpoeder naar China.
Biologische handel
Er is groeiende aandacht voor de omstandigheden waaronder verhandelde producten tot stand zijn gekomen. Het kan dan zowel gaan om sociale thema’s (zoals kinderarbeid, slechte werkomstandigheden, slavernij) als om milieu-thema’s (zoals klimaat, biodiversiteit). Naar verwachting publiceert de Europese Commissie in maart 2022 een richtlijn die bedrijven in de Europese Unie verplicht om verantwoord te ondernemen. In de huidige (handels)statistieken is informatie hierover versnipperd. Voor biologische producten is wel informatie beschikbaar over de invoer. Daaruit blijkt dat 1,5 procent van het totale invoervolume in de Europese Unie biologisch was in de jaren 2018-2020. Bananen en veevoer zijn de grootste invoerstromen, Ecuador is het belangrijkste aanvoerland. Nederland is binnen de Europese Unie de belangrijkste importeur van biologische producten uit derde landen.
Bronnen
- Publicatie - De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband
- Wageningen Economic Research - De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband