Alle pijlen gericht op plantaardig uitgangsmateriaal in Ethiopië!

Het nieuwe Ethiopia–Netherlands Seed/Potato Partnership is in september 2021 getekend en gaat dit jaar van start. Het Landbouw-team van de Nederlandse ambassade in Addis Abeba ziet een rol voor haar weggelegd door het Nederlands agrobedrijfsleven volop te informeren over het nieuwe Partnership en waar mogelijk te betrekken bij de geplande activiteiten.

Daarnaast is het streven om het Ethiopische ministerie van Landbouw en haar diensten te ondersteunen op het terrein van onder andere kwekersrecht, testen en registreren van nieuwe variëteiten, kwaliteit en fytosanitair.  

In augustus bezocht een Ethiopische expertdelegatie Nederland om kennis en ervaring te delen en liet het ministerie LNV een marktstudie uitvoeren over Plantaardig Uitgangsmateriaal in Ethiopië.

Lees verder onder foto

Ethiopische expertmissie in augustus 2021 in Nederland
Ethiopische expertmissie in augustus 2021 in Nederland

Seed/Potato Partnership

Het doel van het Ethiopia–Netherlands Seed/Potato Partnership (onder de paraplu van SeedNL) is om in het kader van voedselzekerheid het marktsegment plantaardig uitgangsmateriaal in Ethiopië verder te helpen ontwikkelen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken, als belangrijke financier, is nauw betrokken bij de uitvoering van het Partnership dat zich richt op aardappelen, groenten, fruit en een aantal belangrijke akkerbouwgewassen. Nederlandse agrobedrijven actief in dit segment, sectororganisaties, kennisinstellingen, keuringsdiensten en de overheid en haar diensten hebben veel te bieden als het gaat om hoogwaardig(e) zaaizaden, kweek-/stekmateriaal, pootaardappelen en ander plant materiaal en ook als het gaat om technologie, kennis, training en dienstverlening.

Ethiopische Expert Missie

In augustus bezocht een grote Ethiopische expertdelegatie van het ministerie van Landbouw (MoA), agricultural transformation agency (ATA), het instituut voor landbouwkundig onderzoek (EIAR) en de koepelorganisatie voor plantaardig uitgangsmateriaal (ESA) Nederland om kennis te delen en ervaring op te doen. Zo werden onder meer gesprekken gevoerd met het ministerie van LNV, NVWA, Naktuinbouw, NAK, Plantum en NAO en werden een aantal bedrijven bezocht actief in sierteeltstekmateriaal, groentenzaaizaden en pootaardappelen. Tijdens de evaluatiesessie van het programma, concludeerde de delegatie dat Ethiopië graag met Nederland wil samenwerken op het terrein van kwekersrecht, testen en registratie, fytosanitair en kwaliteit rond uitgangsmateriaal en de private sector meer betrokken dient te worden bij ontwikkeling van de markt en onderzoek.   

Lees verder onder foto      

Kwekerij met sierteeltmateriaal ten zuiden van Addis Abeba
Kwekerij met sierteeltmateriaal ten zuiden van Addis Abeba

Marktonderzoek Uitgangsmateriaal

Op initiatief van het Landbouwteam van de Nederlandse ambassade in Ethiopië en met financiering van het ministerie van LNV werd in de eerste helft van 2021 een marktstudie uitgevoerd over de ontwikkelingen, kansen en uitdagingen rond plantaardig uitgangsmateriaal in Ethiopië. De studie heeft een zakelijk (B2B) component en een overheid (G2G) component en geeft daarmee inzicht in zowel het zaken doen in Ethiopië als mogelijkheden voor bilaterale samenwerking tussen Ethiopië en Nederland. De studie richt zich in het bijzonder op plant lab tissue, groenten zaden en stekken, pootgoed en aardappelzaad, stekmateriaal voor zacht fruit en sierteelt. Hieronder volgt een kort overzicht van de belangrijkste resultaten en conclusies van de onlangs gepubliceerde marktstudie.

Laboratorium plant tissue

Ethiopië telt een aantal plant tissue laboratoria, waarvan de meeste gefinancierd door de overheid. Slechts een paar bedrijven zijn gestart op commerciële basis. Het “Dessie Tissue Culture Centre” (DTCC) in South Wollo, is in 2020 en 2021 één van de meest actieve laboratoria. Het lab heeft een capaciteit van circa 20 miljoen planten per jaar en werkt aan haar ISO accreditatie. De markt voor in vitro planten in Ethiopië is echter nog beperkt en de commerciële vraag komt vooralsnog met name van de aardappel- en fruittelers. Zij willen namelijk starten met gezond uitgangsmateriaal.

'Het marktpotentieel voor groenten stekmateriaal in Ethiopië wordt op ruim het dubbele geraamd, namelijk 625 miljoen stekken'

Groenten

Twee multinationals zijn momenteel betrokken bij de productie van groenten zaaizaden. Hun gezamenlijke export bedraagt circa 1 miljoen euro, maar het streven is deze exportwaarde te verhogen naar 5 miljoen euro in 2025.  Zo produceert “Agro-Ecologically Ethiopia” zaadmateriaal van de soorten Solanum (tomaat en paprika) en Cucurbitaceae (o.a. komkommer en meloen). Er is zeker ruimte voor meer (buitenlandse) investeringen in zaaizaad productie in Ethiopië, wat ook belangrijk is voor de verdere ontwikkeling van het marktsegment uitgangsmateriaal in het land.

De totale Ethiopische import van groenten zaden bedroeg in 2020 circa 12 miljoen euro. Nederland en Israël leveren ruim 85 procent van deze invoer van betere variëteiten zaaizaad. Met hulp van het door ons land gefinancierde Tuinbouw programma “Horti-LIFE” en zgn. “Farmer Field Schools” wordt een opbrengststijging van maar liefst 40 procent bereikt. Ethiopië biedt mogelijkheden voor producenten en leveranciers van groenten zaden. Echter er spelen twee kwesties die de handel in zaaizaden momenteel onder druk zetten. Allereerst het gebrek aan harde valuta om zaaizaden te kunnen importeren. De vraag naar geïmporteerde hybride zaden in Ethiopië wordt geschat op 24 miljoen euro, terwijl de werkelijke invoer de helft (12 miljoen euro) bedraagt. De tweede kwestie en uitdaging betreft het testen en geregistreerd krijgen van nieuwe rassen/variëteiten. Dit proces verloopt niet altijd soepel. Het goede nieuws is dat het ministerie van Landbouw in Addis nu werkt aan een herziening van beleid en overweegt een onafhankelijke uitvoerende dienst op te zetten.   

Het gebruik van stekmateriaal voor groententeelt, in het bijzonder voor tomaten en paprika, is vrij gebruikelijk in Ethiopië. Het Oost-Afrikaanse land telt momenteel 4 grote kwekers, allen gesitueerd in de “Central Rift Valley” van Debre Zeyt tot Ziway. De totale capaciteit van de vier kwekerijen wordt geschat op 300 miljoen stekken per jaar; waarvan nu ongeveer twee derde in productie is. Het marktpotentieel voor groenten stekmateriaal in Ethiopië wordt op ruim het dubbele geraamd, namelijk 625 miljoen stekken. Kansen liggen vooral buiten de “Central Rift Valley” in de omgeving van onder andere Arba Minch, Bahir Dar en Dire Dawa, door transportkosten te reduceren. Zoals eerder al vermeld is de grootste uitdaging voor kweekers het verkrijgen van voldoende zaaizaad.    

Aardappelen

Ethiopië is met een jaarlijkse productie van ruim 900.000 ton één van de grootste aardappel producenten in Sub-Sahara regio. De gemiddelde opbrengsten zijn met 13 ton per hectare echter laag en het verbouwen van aardappelen wordt daarnaast gehinderd door zieketen en plagen als phytophthora en ralstonia. De import van pootaardappelen wordt niet bepaald aangemoedigd en het beschikbare pootgoed wordt 5 à 8 keer vermeerderd. Desalniettemin zijn aardappelverwerkers bijvoorbeeld op zoek naar kwalitatief beter uitgangsmateriaal en is er een interessante markt voor hoogwaardige pootaardappelen. Tot nu toe bestaat de import en het aanbod uit in vitro planten en miniknollen. Daarnaast heeft aardappelzaad ook marktpotentie in Ethiopië. Testresultaten van het nieuw hybride aardappelzaad toont aan dat deze kunnen concurreren met de huidige rassen van pootaardappelen en resistent zijn tegen phytophthora en ralstonia. De grootste uitdaging is echter de vereiste registratie van aardappelzaad in het land.    

Lees verder onder foto   

Ethiopische kweker van kweekmateriaal voor fruit.
Ethiopische kweker van kweekmateriaal voor fruit.

Zacht fruit

De teeltomstandigheden van aardbeien, bramen en frambozen in Ethiopië is uitstekend en in het bijzonder in de “Rift Valley”, maar ook in de hoger gelegen regio’s ten noorden en westen van de hoofdstad Addis Abeba. Ethiopië heeft goede lijnverbindingen met Europa, Midden-Oosten en met landen op het Afrikaanse continent en de internationale prijzen van zacht fruit zijn hoog. De teelt van met name aardbeien is de afgelopen jaren dan ook aanzienlijk gegroeid en de export steeg in vijf jaar van één miljoen US$ in 2015 naar vijf miljoen US$ in 2020. Het overgrote deel van het stekmateriaal komt uit Israël. De teelt van zacht fruit verdient meer onderzoek naar bijvoorbeeld de meest geschikte variëteiten en teelttechnieken (zoals hydroponics en goten systemen).       

Sierteelt

Ethiopië is een belangrijke mondiale speler in de export van sierteelt stekken. Het klimaat, de beschikbaarheid van water, hoge licht intensiteit, warme dagen en koele nachten in de “Central Rift Valley” en “Upper Awash” zijn ideaal voor het telen van stekmateriaal. De bekende grote internationale kwekerijen telen naar schatting 120 hectare stekken; dit areaal zal de komende twee jaar naar verwachting met nog eens 20 hectare worden uitgebreid. De meest gekweekte soorten zijn onder andere: Pelargonium, Chrysanthemum, Poinsettia, Aster, Dipladenia, Lavandula en Osteospermum. De totale exportwaarde in 2020 bedroeg circa 26 miljoen US$ met Nederland als belangrijkste bestemming, gevolgd door de VS, Duitsland en België. Voorkomende uitdagingen zijn gerelateerd aan de beschikbaarheid van land en fiscale import van input. Vermeldenswaard is verder dat van 23 tot en met 25 maart 2022 de “Ethiopia HortiFlora Expo” in Addis weer gehouden wordt; een Expo die het bezoeken waard (www.hortifloraexpo.com) is.

Studie rapport en Seminar

Download het marktrapport over plantaardig uitgangsmateriaal Ethiopië.

Verder is het Landbouwteam van de Nederlandse ambassade in Addis Abeba voornemens om in december 2021 een seminar in Nederland te organiseren voor het bedrijfsleven met als doel de volledige uitkomst van de marktstudie te presenteren en bedrijven te informeren over het nieuwe Ethiopia – Netherlands Seed/Potato Partnership. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Landbouwraad Meeuwes Brouwer (meeuwes.brouwer@minbuza.nl of +251 91 120 2541).