Spanje: China pakt leiderschap Spaanse vissersvloot in zuidelijk deel Zuid-Amerika af
De visvangst door de schepen van de Aziatische reus in het zuiden van Zuid-Amerika loopt tegen de 130.000 ton aan; dit is een van de vele data die aantonen dat het Chinese leiderschap een structureel feit is geworden.
Binnen de 200 mijl zone van de Argentijnse wateren zijn 66 inktvisjiggers actief, het merendeel hiervan in handen van Galicisch kapitaal. Vorig jaar haalde die vloot een vangst van 108.000 ton inktvis (Illex argentinus) binnen, iets meer dan het jaar daarvoor, maar nog steeds lichtjaren verwijderd van de opbrengst in 2014 (169.000 ton), vóór de komst van het klimaatfenomeen El Niño.
Op de visgronden van Argentinië en de Falklandeilanden opereren meer dan honderd vissersboten van Galicische afkomst. Deze boten zijn historisch gezien verantwoordelijk voor de leidende positie van de Spaanse bedrijven die gedurende bijna een halve eeuw werd gewaarborgd. Dat is nu voorbij. Volgens de laatste gegevens van de FAO (de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) is de visvangst door de Chinese vloot in het zuidwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (zone 41) in 2017 groter dan de Spaanse. Het is niet de eerste keer dat China Spanje voorbij stevent, maar gezien de ontwikkeling van beide vloten, tonen de gegevens nu het structurele karakter van de inhaalslag van China.
De schepen van de Aziatische reus meldden een vangst van 127.580 ton grotendeels inktvissen (Illex en Loligo). Daarbij moet de vangst worden opgeteld van de meer dan 200 schepen die ongecontroleerd buiten de 200 mijl zone van Argentinië en de Falklandeilanden opereren. Op middellange termijn zal China een basis hebben in Montevideo. Deze wordt gesteund door de multinational Shandong Baoma Fishery en zal Zhongijn Puerto N.V. gaan heten en aan 500 boten per jaar diensten verlenen. "Er zijn veel vissersboten in de Zuid-Atlantische Oceaan die iedere twee jaar naar China terug moeten keren om volledig te worden gerepareerd, en dat is erg duur," verklaart de president van Shandong Baoma en leider van het project.
Volgens de gegevens van de FAO wordt ondanks de hierboven genoemde grote vangsten van de Aziatische vloot, toch een lichte daling op wereldwijd niveau geconstateerd; dit zou in 2016 reeds hebben plaatsgevonden. De schepen haalden een vangst van 13,4 mln. ton vis binnen, vergeleken met de 14 ton in het jaar daarvoor, ondanks het expansieve subsidiebeleid van Beijing. De strategie van de Chinese overheid ter uitbreiding van haar vangst en visserijgebieden berust op subsidies en belastingvrijstellingen met jaarlijkse kapitaalinjecties van €5,2 mld. Zo is de overname van gevestigde visbedrijven als de Spaanse Hijos de Carlos Albo, S.L. hier een voorbeeld van. Het bedrag van de kapitaalinjecties is tien maal hoger dan de totale begroting van het Spaanse ministerie van Landbouw, Visserij en Voedsel.
De investering van de Russische regering in de uitbreiding van haar eigen vissersvloot is minder opzichtig en bedraagt, volgens een rapport van de Europese Commissie, ongeveer €300 mln. per jaar. De vangst van de Russische vloot neemt ieder jaar toe en zij streeft naar herstel van haar positie die zij verloor na de val van de Berlijnse muur. In 2017 betrof haar visvangst 4,6 mln. ton en in de afgelopen zeven jaar is haar vangst met meer dan 20% gestegen. In dezelfde periode daalde de vangst van Spanje met bijna 2%.
Bron: Faro de Vigo