Duitsland blijft grootste afnemer Nederlandse agrarische producten
De Nederlandse export van agrarische goederen is in 2017 met 7% gegroeid naar €91,7 miljard, blijkt uit de raming van het Centraal Bureau voor Statistiek en Wageningen Economic Research in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
De export bereikt een recordhoogte. 78% van de Nederlandse landbouwexport in 2017 was gericht op EU-landen; Duitsland blijft met een aandeel van 25% de grootste afnemer van Nederlandse agrarische producten, daarna volgen België, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk.
De export naar Duitsland groeit bescheiden (5%), maar is in absolute getallen wel het sterkst met een stijging van €1,1 miljard. Naar België (met een toename van 11% ofwel €1 miljard) en Frankrijk (13% toename) groeide de export fors en naar het Verenigd Koninkrijk weinig (2%). Dit laatste kan verband houden met het naderende Brexit, en de effecten daarvan op de wisselkoers.
Nederland exporteert met name aardappelen, groente en fruit (AGF) met €12,1 miljard, bereide producten voor menselijke consumptie, dieren en vlees (beiden €10,7 miljard), sierteelt (€9,1 miljard) en zuivel en eieren €(8,9 miljard). In 2017 groeiden de productgroepen zuivel en eieren (+21%), dieren en vlees (+7%), en oliën en vetten (+16%) het sterkst. Ongeveer vier vijfde van de uitvoerwaardegroei komt door prijsgroei en ongeveer een vijfde door volumegroei.
Duitsland belangrijkste handelspartner
Duitsland is voor Nederland voor de export en de import een belangrijke handelspartner. Duitsland is exportbestemming nummer één voor appels, tomaten, snijbloemen, eieren, boomkwekerij-producten, bloembollen en kaas. Van deze laatste is de totale exportwaarde, inclusief wederuitvoer, in 2017 gestegen met €500 miljoen tot €3,7 miljard. Dit is een stijging van 16% ten opzichte van 2016. Een derde (ruim €1,2 miljard) van alle geëxporteerde kaas ging in 2017 naar Duitsland. Van alle Duitse deelstaten importeren Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen de meeste landbouwgoederen. De zuidelijke deelstaten Baden-Wurttenberg en Bayern volgen op plek drie en vier.
Economisch belang landbouwexport voor Nederland groot
19,4% van de totale Nederlandse goederenexport betrof in 2017 landbouwgoederen. De Nederlandse landbouwexport omvat de uitvoer van Nederlandse makelij en de wederuitvoer van, al dan niet na lichte bewerking in Nederland, eerder ingevoerde producten. Voor 2017 wordt de landbouwexport van Nederlandse makelij geraamd op €66,2 miljard en voor wederuitvoer €25,5 miljard.
Van alle landbouwexport is 78% van Nederlands fabricaat. Het exporteren van goederen van Nederlandse makelij leveren meer verdiensten op dan de wederuitvoer. De totale verdiensten voor Nederlandse makelij en wederuitvoer waren respectievelijk €40,5 miljard en €3,5 miljard. Als landbouwgerelateerde goederen (zoals machines) worden meegerekend zelfs €48 miljard.
Verdiensten zijn de toegevoegde waarde van producten na aftrek van de import van goederen en diensten die nodig zijn voor de productie. Nederland verdient nog altijd het meest aan sierteelt (bloemen, planten, bollen, boomkwekerijproducten). Nederland blijft ook internationaal toonaangevend. De grootste exporteurs van landbouwgoederen in de wereld waren in 2016, in volgorde van belangrijkheid, de Verenigde Staten, Nederland, Duitsland, China, Brazilië, en Frankrijk.