Internationale Waterambitie: zeeën van kansen
De Internationale Waterambitie (IWA) van de Nederlandse overheid is gericht op concrete resultaten. De belangrijkste: de waterveiligheid en waterzekerheid in minstens acht stedelijke delta’s zijn mede door inzet vanuit Nederland meetbaar verbeterd. Naast de ministeries van Infrastructuur en Milieu en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is het ministerie van Economische Zaken betrokken bij IWA.
Nederland heeft wereldwijd een grote reputatie op het gebied van delta-, water- en maritieme technologie. Ook loopt ons land voorop bij de introductie van technieken om efficiënter om te gaan met water bij de productie van voedselgewassen. We doen al veel, maar we kunnen nog meer, schrijven de drie betrokken ministers (Schultz van Haegen, Ploumen en Kamp) in hun brief aan de Tweede Kamer waarmee zij hun internationale waterplan begin 2016 presenteren.
Bevolkingsgroepen bedreigd
Klimaatverandering leidt tot extreme weersomstandigheden en onvoorspelbare regenpatronen. Hierdoor worden grote bevolkingsgroepen bedreigd door overstromingen, droogte en orkanen. Bij de start van de IWA maakten de drie betrokken ministeries duidelijk dat Nederland niet werkloos wil toekijken, maar zijn ervaringen en deskundigheid ter beschikking wil stellen. Hulp en handel gaan hier hand in hand.
De Internationale Waterambitie wordt uitgevoerd door een interdepartementale stuurgroep van de drie betrokken ministeries. Bij de uitvoering wordt samengewerkt met kennisinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Daarbij wordt gebruikgemaakt van bestaande financieringsinstrumenten.
IWA heeft een looptijd van drie jaar met een doorkijk tot 2021. Komende jaren wordt gewerkt aan concrete resultaten. Belangrijke zijn:
- meetbare verbetering van de waterveiligheid en waterzekerheid in minstens acht stedelijke delta’s door inzet uit Nederland,
- minstens twee van de productieketens in iedere delta zijn waterefficiënter ingericht of vervuilen het water minder (bijvoorbeeld de groenteketen),
- de toegevoegde waarde van de Nederlandse watersector is vergroot via export en uitvoeringsprojecten.
IWA
IWA richt zich op stedelijke delta’s in Indonesië, Vietnam, India, Bangladesh, Myanmar, Egypte, Mozambique, Zuid-Afrika, Colombia en Verenigde Staten.
Het ministerie van Economische Zaken is terecht bij de Internationale Waterambitie aangehaakt, zegt Marie-Josée Jenniskens. Zij is bij EZ programmamanager van het IWA-team. “Ook in de stedelijke deltagebieden is water een levensvoorwaarde. De ene keer is er te veel water, dan weer te weinig, te vies of te zout. Dat heeft ook zijn weerslag op de voedselproductie. Door de toename van de bevolking in deze delta’s zijn daar veel extra monden om te voeden. Juist op dat terrein zijn het agrobedrijfsleven, de agrarische kennisinstellingen en EZ deskundig. Vanuit dit ministerie kunnen we kennis en ervaring mobiliseren op het gebied van efficiënt watergebruik en bijvoorbeeld teelt van zilte gewassen.”
Onderdeel portefeuille
Het is een uitdaging om vanuit EZ aan te haken bij de Internationale Waterambitie volgens Jenniskens. “Bij de andere twee ministeries is water een volwaardig beleidsterrein. Bij EZ hebben veel medewerkers en ook de landbouwraden weliswaar met water te maken, maar dan veelal als onderdeel van hun portefeuille. Het is de taak van mijn projectteam om de kennis van een specifiek beleidsveld dat raakvlakken heeft met water mede in te zetten voor de IWA. Dat is vooral een kwestie van netwerken, coördineren en verbinden.”
Proeftuinen
Via zogeheten proeftuinen wordt de Nederlandse waterkennis in de etalage gezet. Een van de proeftuinen is het Living lab for MUD waarbij sediment uit delta’s wordt gebruikt voor herstel en het versterken van ecosystemen. In Nederland zijn de Marker Wadden, een voorbeeld hiervan. Jenniskens: “Van deze ervaringen kan elders in de wereld in deltagebieden goed gebruik worden gemaakt, bijvoorbeeld om de omstandigheden voor de visteelt te verbeteren, maar ook voor de veiligheid in de kuststrook.”
Een ander voorbeeld van een proeftuin is de opslag van zoet water in brakke gronden, zoals die wordt ontwikkeld door COASTAR. Van deze techniek kan gebruik worden gemaakt bij de voedselproductie in delta’s. EZ is bij deze twee projecten betrokken. Jenniskens: “Met de IWA-proeftuinen willen we Nederland wereldwijd profileren als centre of excellence.”
Indonesië en Vietnam
IWA concentreert zijn activiteiten in stedelijke deltagebieden in tien landen. Vanuit EZ ligt de nadruk komende tijd op delta’s in Indonesië en Vietnam. Bij enkele projecten in deze landen is het Nederlandse agronetwerk al betrokken. Zo voert de WUR een onderzoek uit naar mogelijke maatregelen tegen verdroging en verzilting in de Mekong Delta. Onder leiding van Wetlands International uit Ede worden langs de kust van Java mangrovebossen hersteld. Kustbeveiliging en herstel van de visstand en dus voedselzekerheid zijn belangrijke doelen van dit project.
Volgens Jenniskens zijn er veel kansen in de IWA-landen voor het agro- en waterbedrijfsleven uit Nederland. “De landbouwraden kunnen hierbij een belangrijke rol vervullen als bemiddelaar.”
Landbouw op zilte grond
Een consortium van kennisinstellingen – Zilt Proefbedrijf, Wadden Academie en een drietal universiteiten – heeft afgelopen jaren baanbrekend onderzoek gedaan naar landbouwproductie op verzilte gronden. Met de specifieke teeltmethoden en zouttolerante gewassen is ervaring opgedaan in Pakistan, Bangladesh en Ghana.
In 2016 heeft EZ €400.000 vrijgemaakt voor de opzet van een kenniscentrum om de Nederlandse kennis wereldwijd te verspreiden. Met dat geld wordt ook onderzocht of verzilte gronden in de deltalanden Egypte en Colombia opnieuw voor voedselproductie in gebruik kunnen worden genomen.
Oktober 2017