Geleidelijke openstelling voor zaaizaadsector Myanmar

De zaaizaadsector van Myanmar is lang relatief gesloten geweest voor productie en handel. Het Integrated Seed Sector Development (ISSD) programma van Wageningen University & Research ondersteunt de overheid van Myanmar bij het simpeler maken van de zaaizaad wet- en regelgeving. Ook helpt het programma de Myanmarese private sector in het uitbouwen van bedrijfsactiviteiten.

Uitgangsmateriaal

Myanmar kent een rijke historie in het veredelen en produceren van met name rijstvariëteiten. In het hele land zijn onderzoeks- en productiestations opgezet om nieuwe rijstrassen te ontwikkelen en het basismateriaal te produceren voor de verdere vermeerdering.

Meer ruimte voor private sector

De sterke focus op rijst in het afgelopen decennium heeft ervoor gezorgd dat andere gewassen, zoals aardappel, groente, peulvruchten en oliezaden, onderbelicht zijn gebleven. Daar is sinds het aantreden van de nieuwe regering verandering in gekomen. Het is de doelstelling van de overheid om de landbouwproductie verder te diversifiëren en meer ruimte te geven aan de private sector om marktkansen te verzilveren. Een toepasselijke titel van een recent visiedocument van het ministerie van Landbouw luidt dan ook: “From rice bowl to food basket” met nadruk op een marktgerichte aanpak en een meer ondersteunende rol van de overheid.

Tekort aan goed zaaizaad

De strategie sluit aan op het enorme tekort aan goed zaaizaad dat er op dit moment is voor vrijwel alle gewassen. Alleen voor hybride mais en tot op zekere hoogte groente is er een goede beschikbaarheid van zaden en rassen, terwijl voor gewassen als aardappel, peulvruchten en oliezaden minder dan 5% van de boeren kwaliteitszaad gebruikt.

De Myanmarese overheid probeert daar met hulp van Nederland nu wat aan te doen door het makkelijker te maken voor bedrijven om zaaizaad in Myanmar te produceren en om zaad te importeren vanuit het buitenland. Een eerste doorbraak vond in 2015 plaats en zorgde ervoor dat buitenlandse bedrijven 100% foreign ownership mogen hebben van een zaadproductiebedrijf (in plaats van de eerdere joint venture verplichting).

Kinderziektes

Ook is recent een kwekersrechtwet aangenomen met de intentie lid te worden van UPOV en is een PVP Office opgericht. Tegelijkertijd vertoont het proces ook nog kinderziektes. Dit blijkt o.a. uit de nieuwe regelgeving op het gebied van pest risk analysis en registratie van ouderlijnen (voor productie van hybrides), die het voorlopig moeilijker maken om zaad te importeren. Hier blijken de grote ambities nog op gespannen voet te staan met een pragmatische formulering van nieuwe wet- en regelgeving.

ISSD-Myanmar

In een gezamenlijk programma tussen de Nederlandse en Myanmarese overheid is besloten om deze zaken samen op te pakken. Hiertoe is recent het Integrated Seed Sector Development programma (ISSD-Myanmar) goedgekeurd dat de komende vier jaar uitgevoerd zal worden door het ministerie van Landbouw in Myanmar (MoALI) en Wageningen University & Research (WUR). Het programma stelt zich ten doel om meer en beter zaad beschikbaar te krijgen voor boeren. Het programma kijkt daarbij naar de hele keten van zaadproductie en vermarkting alsmede naar de wet- en regelgeving. ISSD Myanmar zal daarbij de overheid ondersteunen bij het hervormen van de zogenaamde Seed Farms waar onderzoek en basiszaad geproduceerd wordt, en zal een aantal bedrijven en boerengroepen helpen bij het vergroten van hun zaadproductie en marketing in de Dry Zone.

Samenwerking Myanmar-Nederland

Het ISSD-programma werd in april van dit jaar officieel gestart door de Myanmarese minister van Landbouw, dr. U Aung Thu, en de Nederlandse ambassadeur, Wouter Jurgens foto. Tijdens deze bijeenkomst gaven beiden aan veel waarde te hechten aan de samenwerking tussen Myanmar en Nederland op het gebied van zaaizaad; met name vanwege de positie van Nederland als belangrijkste producent van groentezaad en pootaardappels, en de kennis die aanwezig is bij organisaties als Naktuinbouw, NAK, Plantum en de WUR. Ook werd benadrukt dat Myanmar uitstekende gebieden heeft waar zaaizaad geproduceerd kan worden, zowel in de Dry Zone met een hoge lichtintensiteit gedurende het hele jaar en voldoende irrigatiewater, als in de hooglanden van Shan State met lagere dag- en nachttemperaturen en vruchtbare bodems. Of zoals een directeur van een groot groentezaad bedrijf zich onlangs liet ontvallen: “I cannot think of a better place to produce seed than Myanmar”.

Road map

Op het gebied van wet- en regelgeving heeft de WUR een belangrijke bijdrage geleverd aan de Myanmar Seed Sector Road Map. De roadmap bestaat uit negentien praktische acties die er voor moeten zorgen dat het voor de private sector makkelijker wordt om in Myanmar te opereren. Bijvoorbeeld op het gebied van de rassenregistratie gaat Myanmar samen met het ISSD-programma onderzoeken of groenten en aardappels vrijgesteld kunnen worden van de verplichte gebruikswaardeproeven.

Daarnaast heeft Myanmar de ambitie uitgesproken om snel lid te worden van UPOV en zal ze daartoe haar kwekersrechtwet aanpassen. Andere onderwerpen die in de roadmap opgenomen zijn: het opzetten van een systeem voor accreditatie en interne kwaliteitszorg systemen (voor grotere bedrijven), het oprichten van een semi-autonome autoriteit voor rassenregistratie (VCU en DUS) en kwaliteitsinspecties en het organiseren van tweejaarlijkse National Seed Sector Platforms.    

Action agenda

Deze intenties zijn tijdens de laatste National Seed Sector Platform in april ook verder uitgewerkt in een Action Agenda (met duidelijke timelines, taken en verantwoordelijkheden). Gedurende de komende 3,5 jaar zullen deze acties in consortia tussen overheid en bedrijfsleven verder geïmplementeerd worden zodat het stap voor stap aantrekkelijker wordt om in Myanmar te investeren. Of zoals een overheidsofficial tijdens de National Seed Platform Meeting zei: “Please give us some time to get our procedures in line with the international standards, we have just begun”.

Voor meer informatie:
Abishkar Subedi  (abishkar.subedi@wur.nl)
Joep van den Broek (joep.vandenbroek@wur.nl)
Marja Thijssen (marja.thijssen@wur.nl)

Juni 2017