NVWA spil bij openen grenzen
De Russische importstop in de zomer van 2014 had een enorme impact op de Nederlandse fruitteelt. Een van de belangrijkste afzetlanden voor telers en exporteurs van appels en peren viel opeens weg. Naarstig zijn betrokken partijen op zoek gegaan naar nieuwe afzetmarkten. De Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA) speelt bij de besprekingen over markttoegang een cruciale rol.
Henk Stigter is bij de NVWA een van de beleidsmedewerkers die nauw betrokken is bij de fytosanitaire onderhandelingen met landen waar het Nederlandse bedrijfsleven interesse voor heeft. Hij zit vooral aan tafel als het gaat om markttoegang voor fruit in Azië.
Volgens Stigter zijn afgelopen twee jaar de grenzen van een aantal landen open gegaan. “Daar hebben we samen met het bedrijfsleven hard aan getrokken. Een aantal successen is geboekt. Hiermee kan de weggevallen export naar Rusland niet helemaal worden opgevangen, maar het geeft de sector wel lucht.”
Geopend: China, Brazilië, India en Vietnam
Sinds het najaar van 2014 mogen Nederlandse peren naar China. In 2015 zijn de grenzen van drie landen opengegaan: Brazilië voor peren en India en Vietnam voor appels en peren. Dat is mede het gevolg van de hoge prioriteit bij NVWA voor het creëren van markttoegang voor fruit, zegt Stigter.
Hij zet wel een kanttekening. “De NVWA speelt een belangrijke rol bij de bilaterale onderhandelingen met de overheden in landen waar wij graag naar willen exporteren, maar onze organisatie verkoopt geen fruit. Het is het bedrijfsleven zelf dat markttoegang moet omzetten in daadwerkelijk export. Wij geven de voorzet, de exporteurs moeten inkoppen. Mijn indruk is dat de fruithandel de nieuwe mogelijkheden goed benut. Maar het gaat natuurlijk wel stap voor stap.”
Openen grenzen vraagt om teamwork
Bij de onderhandelingen over markttoegang zijn vanuit Nederlandse kant verschillende partijen betrokken. Vanuit het bedrijfsleven zijn dat GroentenFruit Huis en telersorganisatie NFO. Vanuit de overheid trekken het ministerie van EZ en de NVWA de kar. In de landen waar de onderhandelingen mee worden gevoerd, spelen de landbouwraden een bemiddelende en adviserende rol.
Volgens Stigter is sprake van teamwork, waarbij alle spelers hetzelfde doel voor ogen hebben: nieuwe markten openen. “De onderhandelingen worden door de twee overheden gevoerd, het bedrijfsleven draagt ideeën aan en geeft een oordeel over de protocollen die in de maak zijn. De overheid heeft dus de lead.”
Alleen in actie bij marktpotentie
Hij benadrukt dat de rol van het bedrijfsleven niet doorslaggevend is, maar wel erg groot. “Het is het bedrijfsleven dat ons vraagt de onderhandelingen met een bepaald land te starten. De exporteurs kennen de marktpotentie en doen daarbij ook navraag bij de landbouwraden ter plekke. Zo weten wij zeker dat we niet jarenlang voor niks aan de slag zijn om een grens open te krijgen.”
Voorkomen verspreiding ziekten en plagen
Landen die overwegen om Nederlands fruit toe te laten, stellen vaak hoge teelteisen om te voorkomen dat ziekten en plagen met het fruit meeliften. De internationale IPPC-richtlijnen zijn daarbij uitgangspunt. Stigter: “Dat hoge eisen worden gesteld, is begrijpelijk en ook in ons eigen belang. Nederland wil niet bekend staan als verspreider van schimmels of insecten. Het gaat ons erom dat in het uiteindelijke protocol geen eisen staan die zinloos of onbetaalbaar zijn. De visie van het bedrijfsleven op de gestelde eisen is voor ons essentieel. Een werkgroep met vertegenwoordigers uit de sector denkt daarom met ons mee.”
'Visie van bedrijfsleven is voor ons essentieel'
Monitoring gedurende teeltseizoen
In de protocollen voor fruitexport wordt veel aandacht gegeven aan monitoring op ziekten en plagen tijdens het teeltseizoen. De fruitteler is hier aan zet en vervolgens ook het Kwaliteits-Controle-Bureau, de keuringsinstantie in de groente- en fruitsector. “Het vóórkomen van bijvoorbeeld de fruitmot in een appelperceel wil nog niet zeggen dat deze mot later via de appel kan meeliften naar bijvoorbeeld Vietnam. Dit is vaak een heikel punt bij de besprekingen met de autoriteiten van het exportland”, is de ervaring van Stigter. “Aan ons de taak om te garanderen dat de exportcontainers absoluut vrij zijn van organismen die in het protocol zijn genoemd.”
Controle op aangemelde percelen
Bij export naar derde landen is vaak in het protocol vastgelegd dat de betreffende percelen vooraf moeten zijn aangemeld. Export vraagt veel van de betreffende teler, vooral op het vlak van controle en administratie. Stigter: “Niet elke teler kan of wil daar aan voldoen, ze worden er soms zenuwachtig van. Voor hen bieden andere afzetmarkten meer perspectief.”
Lopende dossiers
De NVWA is op dit moment actief om markttoegang voor Nederlands fruit te krijgen in de VS (appel en peer), Mexico (peren), Colombia (appel en peer), Zuid-Afrika (appels), China (appels) en Thailand (appels en peren). Stigter hoopt dat Mexico nog dit jaar groen licht geeft voor invoer van peren uit ons land en Thailand in 2017 voor onze appels. Export van appels naar China laat volgens hem langer op zich wachten.
Perenexport naar Rusland en China
Rusland was jarenlang het belangrijkste afzetland voor de Nederlandse perensector. Na de afkondiging van de importboycot is deze markt totaal weggevallen. Het openen van de Chinese grens voor Nederlandse peren biedt enig soelaas. In verhouding tot de omvang van de vroegere perenexport naar Rusland gaat het nog steeds om een kleine hoeveelheid. De cijfers spreken boekdelen.
Juni 2016