Telers Myanmar zien voordelen Nederlands pootgoed
Aardappeltelers in Myanmar deden goede ervaringen op met Nederlands pootgoed. De Nederlandse rassen geven een hogere opbrengst en een beter rendement. Een mooie uitgangspositie om op deze weg verder te gaan.
De landbouw in Myanmar biedt veel kansen. Dit land, met een omvang van zestien keer de oppervlakte van Nederland en een bevolking van circa 55 miljoen inwoners, kent een overvloed aan hulpbronnen. Het land grenst bovendien met duizenden kilometers aan Thailand, China en India en dat levert agrarische (export)mogelijkheden op.
Myanmar heeft relatief veel bouwland. Per hoofd van de bevolking heeft het twee keer zo veel bouwland als in vergelijking met het Aziatische gemiddelde. En ook de reserves aan zoetwater is per hoofd van de bevolking het tienvoudige in vergelijking met China of India.
De gevarieerde topografie, het water en de grote verscheidenheid aan ecosystemen van het land maken het mogelijk een groot scala aan granen, peulvruchten, tuinbouw- en bloemkwekerijproducten en fruit te produceren. De landbouwsector in dit land heeft echter nog niet alle mogelijkheden benut. Met relatief eenvoudige ingrepen kunnen de huidige beperkingen in productie en leveringen worden aangepakt en dat betekent dat er nog volop kansen zijn. Zakelijke kansen zijn te vinden in onder meer de toevoer van meer en vooral kwalitatieve inputs als zaden en bemesting, toegang tot financiering, agro-logistiek en waardeketendiensten.
Aardappelteelt
Ook de aardappelteelt in Myanmar is kansrijk. De aardappelen kunnen in dit land het hele jaar door in vier verschillende seizoenen worden geteeld: geïrrigeerde lente, vroege moesson, late moesson en als wintergewas. Met opbrengsten rond 20 – 25 ton/ha en prijzen rond 25 - 30 eurocent is de aardappel met afstand ook het meest rendabele gewas om te telen. Bovendien komt het geïnvesteerde geld snel weer beschikbaar in deze relatief korte teelt (vaak minder dan 100 dagen). In 2016-2017 produceerde Myanmar ongeveer 620.000 ton aardappel op 41.000 ha.
Gezien de veranderende consumptiepatronen, ook in andere delen van Azië en wellicht met name in de buurlanden waar letterlijk vele miljarden consumenten om de hoek leven, zal de vraag naar (poot)aardappelen in Myanmar de komende jaren vrijwel zeker zeer aanzienlijk gaan toenemen. Dit betreft naast (poot)aardappelen voor verse consumptie, vooral variëteiten voor productie van chips, friet en ander snackvoedsel, waarvoor de verwachtingen nog vele malen groter zijn.
Aardappeltelers in Myanmar kunnen een goed product produceren, maar de nog rudimentaire mechanisatie, bewaring (koelhuizen) en het distributiesystemen zorgen ervoor dat aardappelen vaak bederven, nog voordat ze op de markt komen. Dus door het gebruik van hoogwaardige (Nederlandse!) pootaardappelen, gecombineerd met het gebruik van andere verbeterde inputs (meststoffen, pesticiden, waterbeheer en mechanisatie met betere machines (zaaimachines, oogstmachines), kan de productiviteit de komende jaren gemakkelijk aanzienlijk (2x) worden verhoogd.
Nederlandse inzet
De ervaringen met eerste pootgoedpartijen uit Nederland zijn uitstekend geweest. Telers hebben gezien dat Nederlandse rassen aanzienlijk hogere opbrengsten en een beter rendement geven. Ze zijn geïnspireerd om op deze weg verder te gaan.
Inmiddels hebben alle inspanningen geresulteerd in een breed netwerk van boeren, bedrijven en overheid, waarbij Nederland zonder twijfel de meest favoriete partner is. Ook aan Nederlandse kant wordt hier verder op ingezet. Op dit moment wordt een “Partners for International Business”- coalitie (PIB) gevormd. Met dit instrument van RVO.nl wordt met Nederlandse bedrijven uit de hele keten die actief willen worden in Myanmar een samenwerking opgezet. Inzet is om de aardappelketen en sector te versterken en blijvende handelsrelaties met Nederland op te zetten.
Agriterra
De inzet van de Nederlandse agrarische ontwikkelingsorganisatie Agriterra is hierbij een goed voorbeeld. Agriterra is vorig jaar actief begonnen in Myanmar en heeft daarvoor ook een eigen kantoor in Yangon-Myanmar geopend, onder leiding van Bob-Jan Schoot Uiterkamp, voorheen werkzaam bij Friesland Campina.
Agriterra richt zich in Myanmar ook op steun aan de aardappelsector om zich op een professionele manier te organiseren. Vanaf oktober 2017 ondersteunt Agriterra twee aardappeltelersgroepen in de grootste en voor de aardappelteelt belangrijkste deelstaat Shan in Myanmar.
Twee groepen voor aardappeltelers
Agriterra ondersteunt in Myanmar twee groepen met aardappeltelers:
Heho
De ambitie van de Heho-aardappelboerengroep is om binnen vijf jaar aardappelen van de hoogste kwaliteit te produceren in Myanmar. De aardappelboerengroep Heho heeft vijf doelen geformuleerd om de ambitie waar te maken:
- Een robuuste interne organisatie ontwikkelen;
- Toegevoegde waarde genereren en productiviteit verhogen;
- Verkoopkanalen ontwikkelen;
- Aardappelen van hoge kwaliteit produceren die het best geschikt zijn voor specifieke productieomstandigheden in de regio;
- Inputmaterialen aan leden van groep met redelijke prijs te verstrekken.
Naungtayar
De aardappelgroep Naungtayar heeft de ambitie om binnen drie jaar lokaal en binnen Myanmar in vijf jaar aardappelen van de hoogste kwaliteit te produceren. Om deze ambitie te realiseren, zijn Agriterra en de aardappeltelersgroep Naungtayar overeengekomen om op drie manieren samen te werken:
- Ondersteuning bij het opbouwen van een sterke interne organisatie;
- Ondersteuning bij de ontwikkeling van business cases voor koude opslag;
- Contact leggen met technische experts over bodemverbeteringen.
Agriterra ondersteunt deze telers door te helpen met het organiseren van sterke aardappelorganisaties met toegewijde leden en een solide bestuursmodel. Op deze manier kunnen deze telers hun zakelijke ambities realiseren door werkkapitaal- en investeringen van financiers aan te trekken. Ook geeft Agriterra ondersteuning bij de ontwikkeling van businesscases voor effectieve en prijsefficiënte inkoop en verkoop met toegevoegde waarde en financieel basisbeheer. Tenslotte ondersteunt Agriterra de aardappeltelers bij hun contacten met leveranciers van input en technische experts.
Landbouwteam Myanmar: Aye Aye Nwe, Agricultural Assistant en Frederik Heijink, Landbouwraad
Maart 2018