Nederlandse aardappelen groeien in Saoedisch zand
Aardappel is een van de meest veelbelovende gewassen in Saoedi-Arabië. Nederland staat aan de bron van het succes van de Saoedische aardappelsector. Die positie wordt nog steviger nu er ook zouttolerante aardappelrassen beschikbaar komen.
De aardappel is een van de belangrijkste gewassen in het Koninkrijk Saoedi-Arabië (KSA) met een totaal van 16.000 hectare aan teeltoppervlak. Aardappelen worden geteeld voor consumptie en verwerking.
Tot vrij recent speelde het gewas een nog belangrijke rol in Saoedi-Arabië omdat het zowel als vers en als verwerkt product geëxporteerd werd naar andere Golfstaten. Tegenwoordig is dit niet meer toegestaan vanwege de export van virtueel water uit Saoedi-Arabië. Water is het grootste knelpunt in Saoedische landbouw en de landbouwsector ondergaat daarom een transitie. De aardappel wordt voornamelijk verbouwd in zogenoemde center-pivots, een techniek met een hoog waterverbruik en die niet-duurzaam is. Bovendien komt het water uit niet hernieuwbare waterbronnen. Nog sporadisch, maar wel met succes, worden zogenoemde sub-merged irrigatiesystemen met monitoringssystemen toegepast. Dit leidt ertoe dat het watergebruik met ongeveer 40% afneemt, ziektedruk neemt af en de productie neemt daarentegen doe.
Succesvolle samenwerking
Hoewel aardappelteelt niet bestond in Saoedi-Arabië voor het midden van de jaren zeventig, nam de populariteit van het gewas in grote snelheid toe met een tot 34.000 ton stijgende import in 1978. In 1975-‘76 sloot het Saoedische ministerie van landbouw en water (tegenwoordig ministerie van natuur, water & landbouw) een overeenkomst met Nederland om een Saudi Potato Development Programme (SPDP) op te zetten.
Grootschalige aardappelteelt in Saoedi-Arabië kwam van de grond met een aardappelproductieverbeteringsprogramma in 1975. De SPDP is een technisch samenwerkingsprogramma tussen de Saoedische en Nederlandse ministeries van landbouw. Dit programma duurde zo’n acht jaar en staat nog steeds bekend als een succesvoorbeeld van Nederlands-Saoedische samenwerking in landbouw. De kwaliteit, beschikbaarheid en productie van aardappelen zijn zelfs significant toegenomen na het samenwerkingsprogramma. Voor 1975 was de opbrengst niet meer dan 25 ton per hectare. Tegenwoordig is dit maar liefst 35 ton per hectare.
Experimenten
Twee jaar na de start van het programma begon de SPDP experimenten uit te voeren in het land. Sindsdien is de productie toegenomen van 190 ton in 1977 tot meer dan 20.000 ton in 1985. Deze toename werd bovendien ondersteund door overheidssubsidies voor pootgoed en dergelijken. Zowel de consumentenvraag als aardappelimport bleven toenemen. Dit leidde ertoe dat ondanks deze snelle toename in lokale productie de binnenlandse productie in 1985 slechts 15% van de totale consumptie uitmaakte.
De FAO noemt een nog verder stijgende productielijn tot aan het jaar 2003 waar de productie tot 318.000 ton steeg (figuur 1). Het landbouwareaal nam bijna driemaal toe in de periode 1991-2000, met een toename van 4.364 hectare in 1991 tot maar liefst 19.111 hectare in 1997, gevolgd door een geleidelijke afname tot 14.524 hectare in 2000. In 2017 namen productie en grondgebied toe tot respectievelijk 560.000 ton en 16.000 hectare, ondanks het verbod op export.
Verbod op teelten
Het ministerie van natuur, water en landbouw kondigde in 2017 aan dat er een verbod komt op teelt van alfalfa, gerst, mais, sorqhum, enzovoort. Dit verbod is een poging om het waterverbruik in landbouw te laten dalen. Als gevolg hiervan zijn veel boeren zich op aardappelteelt gaan richten.
Aardappelconsumptie sterk toegenomen
Aardappelen zijn toenemend populair in de Saoedische gemeenschap, maar ook in de grote expatgemeenschap. Er wonen meer dan 33 miljoen mensen in Saoedi-Arabië, waarvan de meerderheid zeer jong is (gemiddelde leeftijd is slechts 30,2 jaar oud).
Aardappelen worden met name gekookt, gepureerd, als chips en als frites gegeten. Recente berekeningen van de jaarlijkse aardappelconsumptie variëren van 9 tot 11,5 kilo per hoofd van de bevolking. De aardappelconsumptie in Saoedi-Arabië bereikte een piek in 2007 met maar liefst 21,2 kilo per persoon en een dal in 1961 met 1.2 kilo per persoon.
In de ranglijst van aardappelconsumptie wereldwijd staat Saoedi-Arabië op plaats 112 van de 161 landen. Dit is twaalf rangen onder de positie die het tien jaar geleden innam.
Jaarrond verkrijgbaar
Het is in Saoedi-Arabië mogelijk gedurende het hele jaar aardappelen te telen, ondanks de klimatologische verschillen in het land. Dit verzekert een constante aanvoer aan verse consumptieaardappelen en aardappelen voor de verwerkingsindustrie.
Het land kent vier verschillende productiegebieden waar aardappels worden geteeld (zie kader). Van de totale productie van 540.130 ton wordt ca. 23% geteeld door mega-landbouwbedrijven die verspreid zijn over de vier gebieden. Het overige areaal wordt bebouwd door kleinere bedrijven, waarvan 7% in de regio Al-Jouf, 36% in Wadi Al Dawasir, 22% in Qaseem en 12% in Hail.
Vier productiegebieden voor aardappelen
Saoedi-Arabië kent vier gebieden waar aardappelen worden geteeld:
Wadi Al Dawassir (zuidelijke regio)
De eerste pootperiode vindt plaats tussen eind september en eind oktober. Voor deze periode wordt klasse A-pootgoed gebruikt van lokale productie uit Hail.
De tweede periode voor het poten vindt plaats tussen midden november en eind december, waarvoor E-klasse pootaardappelen wordt gebruikt, onder andere uit Nederland (ook uit andere landen, maar Nederland domineert de markt). De productie wordt gebruikt als pootgoed klasse A en wordt vervolgens opnieuw geplant in andere gebieden na een periode van vier tot vijf maanden in opslag, afhankelijk van de rustperiode van het pootgoed.Qaseem (Sajer, Al Fouzan, Tayja, Asasyat, overige gebieden)
Eerste periode om te poten is tussen eind januari en eind februari. De pootaardappel die hiervoor wordt gebruikt is klasse E (import). De tweede plantperiode is eind juni tot eind juli, klasse A.
Hail en Tabouk (noordelijke regio)
Gelijk aan Qaseem regio.
Al Jouf (noordelijke regio, dichtbij Jordaanse grens)
Eerste plantperiode is van half maart tot half april, klasse E (import). Tweede plantperiode is de maand juli, klasse A.
Veelbelovend gewas
De aardappel is een van de meest belangrijke gewassen in Saoedi-Arabië gezien de productiecijfers, en staat op de vierde plek van geteelde gewassen. Deze prominente positie heeft verschillende verklaringen:
- De aardappelteelt kent een lager watergebruik dan bijvoorbeeld graan, veevoer en fruit. Toch zouden moderne irrigatietechnieken geïntroduceerd moeten worden.
- De aardappelsector kent verscheidene industriële verwerkingsmethoden, zoals aardappelchips, frites, aardappelpuree en aardappelpasta.
- Makkelijk op te slaan, wat voordelen heeft uit oogpunt van marketing.
Belemmeringen in de aardappelteelt in Saoedi-Arabië hebben met name te doen met het zoutgehalte van de grond en met plagen en ziektes. Saliniteit (aanwezigheid van zout) is een constante dreiging voor de oogst van gewassen, vooral in landen zoals Saoedi-Arabië waar irrigatie een onmisbaar hulpmiddel is in de landbouw. Zoutwaterirrigatie of zoute grond zorgde ervoor dat vele boeren hebben moeten verhuizen naar andere gebieden.
Zout water werd lange tijd beschouwd als gif voor landbouwsystemen, met name voor de gewassen die het hoogst in waarde zijn. In Nederland zijn aardappelrassen gescreend op tolerantie voor brak en zout water, wat er toe heeft geleid dat een aantal rassen geselecteerd zijn die goed te verbouwen zijn, zelfs in gebieden met brak en zout grondwater. Dit is goed nieuws voor een land als Saoedi-Arabië. Bovendien zijn de vooruitzichten voor zout-tolerante aardappelrassen veelbelovend.
Ziekten en plagen
De meest voorkomende problemen in Saoedi-Arabië zijn: potato leafroll virus (PLRV), mosaic PVY en Calico. Bacteriële ziektes die veel voorkomen zijn bacterial wilt verwelking (pseudomonas solanacearum), blackleg en soft rot (erwinia spp). Veelvoorkomende schimmelziekten zijn early blight (alternaria solani), fusarium wilt (fusarium spp), black scruf (rhizoctonia solani) en verticilium wilt (verticilium dahliae). De meest serieuze plagen zijn root-knot nematode (meloidogyne spp), potato tuber moth (phthorimaea operculella) en cutworms.
Gecertificeerd
In Saoedi-Arabië is in principe al het pootgoed gecertificeerd. Drie Saoedische bedrijven zijn agent voor Nederlandse bedrijven. Pootgoed voor gebruik in de lente wordt geïmporteerd, voornamelijk uit Nederland.
Boeren zijn toegestaan tot aan vijf ton zonder kosten te importeren. Hogere hoeveelheden kunnen tegen aanvullende kosten worden geïmporteerd.
Recente ontwikkelingen voor wat betreft de zogeheten true seed aardappelen worden in Saoedi-Arabië als zeer veelbelovend beschouwd en men hoopt dat zouttolerantie middels deze techniek spoedig een kenmerk zal zijn van aardappelen voor commerciële productie.
Landbouwteam Riyadh
Maart 2018