VS Landbouw-Agtech samenwerking in Californië

Op 7 november 2019 bracht plv. DG Agro, Guido Landheer een bezoek aan Californië. Tijdens het bezoek werd hij onder meer ontvangen door de Californische minister van landbouw, Secretary Karen Ross, en sprak hij met belangrijke spelers betrokken bij de samenwerking tussen Californië en Nederland. Het was een succesvol bezoek waarin concrete stappen zijn gezet om de samenwerking op het gebied van AgriFoodtech verder te versterken.

Tijdens het bezoek ondertekende het ministerie van LNV en het Californische ministerie van landbouw een Letter of Intent waarbij de huidige samenwerking op het gebied van klimaatslimme landbouw, watermanagement, agrotechnologie, food innovation en AMR wordt uitgebreid met het thema duurzame melkveehouderij. Ook ondertekenden UC ANR, TNO, Provincie Brabant en FME een samenwerkingsovereenkomst om gezamenlijk een onderzoek te starten naar digitalisering dat als basis zal dienen voor het creëren van een Agri Data Collection.

Dit bezoek was oorspronkelijk opgezet als bezoek van vice-premier en Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Carola Schouten aan de VS en Canada. Nadat besloten was dat de vice-premier niet naar Noord-Amerika kon afreizen, is gekozen om het bezoek aan Vancouver en San Francisco door te zetten onder leiding van plv. DG Agro, Guido Landheer. Over het bezoek aan Vancouver, Canada leest u hier meer.

Gemeenschappelijke uitdagingen: duurzame melkveehouderij, bodembeheer en circulaire landbouw

Plv. DG Agro Guido Landheer sprak met Karen Ross - de Californische Minister van Landbouw – over de huidige samenwerking tussen Californië en NL op het gebied van landbouwtechnologie en innovatie. Secretary Ross gaf aan erg blij te zijn met de samenwerking en veel mogelijkheden te zien om van Nederlandse kennis en kunde te leren, bijvoorbeeld bij de uitbreiding van glastuinbouw in Californië.

Healthy Soils Program

Tijdens het gesprek werd duidelijk dat het Healthy Soils Program een belangrijk aandachtspunt is in het beleid van de Californische minister en ook een belangrijk vehicle voor financiering van projecten in de regio. In 2018 ondertekende staatssecretaris van Veldhoven namens minister Schouten de Global Soil Health Challenge, een initiatief van Californië om de ontwikkeling van gezonde bodems te stimuleren. Inmiddels zijn onder het Healthy Soils Program 217 projecten geselecteerd waarbij in totaal een bedrag van 12,48 miljoen dollar aan subsidies is uitgegeven. Het programma moedigt boeren aan om productiemethoden te implementeren die de uitstoot van broeikasgassen verminderen, koolstof vastleggen in de bodem en de bodemgezondheid verbeteren. Voorbeelden van maatregelen zijn het gebruik van compost, het verminderen van grondbewerking en het aanplanten van groene akkerranden. Onderdeel van het programma zijn ook demonstratieprojecten op bedrijven. Beiden zagen kansen om kennis en kunde op dit onderwerp uit te wisselen.

Connected Economy

Verder is er gesproken over de implementatie van circulaire landbouw, of ook wel connected economy zoals het door de Californische overheid wordt genoemd. Men was gelijkgezind over het onderwerp en het feit dat het vooral zaak is om concrete indicatoren, doelen en maatregelen te ontwikkelen waarmee boeren kunnen bijdragen aan de realisatie van het concept. Secretary Ross benadrukte dat boeren veel van elkaar kunnen leren en dat de CDFA farmer-to-farmer initiatieven dit stimuleert. Plv. DG Agro Landheer nodigde daarnaast de Californische regering uit voor deelname aan de Floriade. Tot slot ondertekenden Secretary Ross en plv. DG Agro Landheer namens de minister van LNV de Letter Of Intent waarmee de huidige samenwerking op klimaatslimme landbouw, watermanagement, agrotechnologie, food innovation en AMR wordt voortgezet en de samenwerking verder wordt uitgebreid met de toevoeging van het thema duurzame melkveehouderij. Beide regio’s kampen met uitdagingen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen in deze sector en zien kansen om kennis en informatie te delen over technologieën en methoden die bijdragen aan deze uitdagingen. Deze samenwerking zal in de aankomende tijd vorm worden gegeven Het gesprek vond plaats in Fresno, het hart van de Californische landbouwregio, tijdens de jaarlijkse California Economic Summit.

Plv. DG Agro Guido Landheer en Karen Ross, Californische Minister van Landbouw

Ronde tafel innovatie samenwerking

Vervolgens namen Secretary Ross en plv. DG Agro Landheer deel aan een ronde tafel georganiseerd door UC ANR/the VINE (Verde Innovation Network for Entrepreneurship in California) en FME (de Nederlandse ondernemersorganisatie voor de technologische industrie) en voorgezeten door Dennis Donohue van Western Growers (vertegenwoordiger van producenten van noten en versproducten uit Californië, Arizona, Colorado en Nieuw Mexico).  Er namen belangrijke stakeholders, zowel ondernemers als kennisinstellingen, vanuit beide regio’s deel aan de ronde tafel zoals TNO, WUR, Topsector Agri Food, BOM, UC ANR, Washington Tree Fruit Research, Farm Trace, Farm BX, Church Brothers, The Vine en NASA.

Nederland en Californië hebben de afgelopen jaren de samenwerking op het gebied van AgFoodTech versterkt. Publieke en private partners hebben een samenwerkingsverband opgebouwd waarbij inmiddels meer dan 500 mensen zijn betrokken. Daarbij streven zij naar een gezondere, duurzamere en meer circulaire landbouw. In het traject zijn vijf thema’s geïdentificeerd waarop samenwerking wordt vormgegeven: de kas van de toekomst, automatisering, precisielandbouw, verduurzaming van de (melk)veehouderij en voedselverspilling.

In een videobericht benadrukte minister Schouten de overeenkomsten tussen de twee regio’s, waaronder gezamenlijke uitdagingen als klimaatverandering en arbeidstekort. Door het bundelen van krachten kunnen de regio’s gezamenlijk oplossingen vinden die cruciaal zijn om beide sectoren future proof te maken.

Fruitsector en digitalisering

Tijdens de ronde tafel werden vervolgens twee trajecten in beeld gebracht waarbij deze samenwerking wordt vormgegeven.

  • Het eerste traject richt zich op de fruitsector, een sector die kampt met grote uitdagingen m.b.t. milieueisen en arbeidstekort. Automatisering kan een belangrijke rol spelen om deze bedrijven te verduurzamen en winstgevend te houden. Washington Tree Fruit Research Commission, Western Growers, Wageningen UR, UC ANR en FME werken samen om de implementatie van deze nieuwe technologieën te versnellen.
  • Het tweede traject dat werd besproken richt zich op digitalisering. Data kan een belangrijke bijdrage leveren om voedselketens en voedselveiligheid te optimaliseren. Er zijn al veel initiatieven om dit verder te brengen, maar het gebrek aan een vertrouwd platform en gedeelde standaarden vertraagt de ontwikkeling zowel in Nederland als in Californië. UC ANR, TNO, Provincie Brabant en FME tekende een Letter of Intent om gezamenlijk een vooronderzoek te starten dat als basis dient voor het creëren van een Agri Data Collection. Deze projecten zijn door een International Seed Money Project van de topsectoren agrifood en tuinbouw en uitgangsmaterialen en RVO ondersteund.

Marianne Vaes, Landbouwraad in Washington DC, benadrukte vervolgens de kracht van de samenwerking en zowel Secretary Ross als Assistant Vice Minister Landheer spraken hun steun uit voor de samenwerkingsverbanden. Vanuit Nederlandse zijde wordt op dit moment door NL Works in kaart gebracht hoe een meer structurele ondersteuning kan worden geboden aan het samenwerkingsverband vanuit zowel publieke als private partijen waarbij het kansrijke initiatief verder wordt gebracht in de uitwerking van concrete projecten.

Na afloop van de ronde tafel bleven de Nederlandse en Californische stakeholders achter voor verdiepingssessies.

Bedrijfsbezoek aan Warmerdam Dairy

De Nederlandse delegatie bracht een bezoek aan het Warmerdam Dairy in Hanford, California. Deze melkveehouderij wordt gerund door Paul Warmerdam en bestaat uit drie locaties met in totaal 4000 stuks melkvee, waarvan zich er 2500 op de bezochte locatie in Winston bevinden. Zoals vele melkboeren verbouwt het bedrijf o.a. mais en sorghum (voor het bedrijf), amandelen (voor de export), en verwerkt het bedrijf het mestoverschot tot compost dat vervolgens wordt verkocht in de regio. Veel melkveebedrijven gebruiken amandelschillen voor bedding. Tijdens de rondleiding op het bedrijf kwamen o.a. de hoge milieu- en waterkwaliteitseisen waar het bedrijf aan moet voldoen ter sprake. Dit brengt veel administratieve lasten met zich mee en een concurrentienadeel ten opzichte van boeren in andere staten waar deze eisen minder streng zijn of zelfs niet aanwezig. Het bedrijf maakt nog gebruik van wat wij een traditioneel spoelsysteem zouden noemen waarmee de mest uit de stallen naar grote opslagvijvers wordt vervoerd. Het systeem is door Warmerdam zelf ontworpen en geïnstalleerd. Deze vijvers zorgen voor veel methaanuitstoot. Het Californische ministerie van landbouw heeft daarom verschillende programma’s om die uitstoot terug te dringen, bijvoorbeeld de subsidiering van de installatie van mestvergisters en nieuwe stalsystemen. Warmerdam Dairy heeft vooralsnog geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheden. De afgelopen jaren heeft de melkveehouderij te kampen gehad met lage prijzen. Inmiddels zijn de prijzen wat aangetrokken, maar de slechte resultaten hebben tot veel uittreders geleid.

Het vinden van geschikt personeel is een uitdaging en de kosten ervan zijn hoog

Paul Warmerdam ziet echter toekomst en heeft een aantal jaar geleden besloten flink te investeren in zijn bedrijf. Hij heeft zijn traditionele melkstal vervangen door een melkrobotcarrousel waarin 72 koeien tegelijkertijd gemolken kunnen worden, een investering van meer dan 6 miljoen. Met deze investering kan hij een flinke efficiëntie slag maken en zullen er maar 3 werknemers in plaats van 16 nodig zijn voor het melken. Het vinden van geschikt personeel is een uitdaging en de kosten ervan zijn hoog, het minimumloon in Californië ligt relatief hoog en zal in fasen verder worden verhoogd naar 15 dollar per uur in 2022. Met de installatie van de melkrobot carrousel kan hij de arbeidskosten aanzienlijk verminderen. De apparatuur en technologie komen uit Duitsland (GEA). Het bedrijf heeft ook overwogen om melkrobots te installeren waarbij de koe automatisch gemolken kan worden, maar gezien de grootte van het bedrijf en de spreiding van de stallen was dit logistiek gezien niet kosten-efficiënt. Hij overweegt daarnaast om zijn koeien te voorzien van een halsband met een chip om nog meer data te kunnen verzamelen over het welzijn van de koe en daarmee de productie te optimaliseren.

Bedrijfsbezoek Bowles Farming Company

De Nederlandse delegatie bracht vervolgens een bezoek aan Bowles Farming Company, een familiebedrijf dat momenteel door de zesde generatie wordt gerund. Het bedrijf bestrijkt 4,5 duizend hectare (11 000 acre) waarop ze ±14 verschillende gewassen produceren met een focus op tomaten, Pima katoen, meloenen, amandelen en alfafa. Derek Azevedo, de executive vice president van het bedrijf, liet de Nederlandse delegatie zien hoe het bedrijf ernaar streeft duurzaam te produceren en daarbij verantwoorde landbouwmethoden gebruikt en de nieuwste technologieën toepast. Zo wordt het watergebruik geoptimaliseerd door het gebruik van druppel-irrigatie en zijn ze zelfvoorzienend in hun energie door het gebruik van zonnepanelen. In samenwerking met innovatieve partners ontwikkelde Bowles een biomarker dat in het katoen wordt ingebracht waardoor traceerbaarheid van het hoogwaardige Pima katoen door de gehele keten is geborgd. Het bedrijf besteedt ook veel aandacht aan goed bodembeheer, het heeft een managementplan om bodemerosie tegen te gaan en ze werken mee aan een pilotproject onder het Healthy Soils Program van CDFA. Daarnaast werken ze samen met biologen en experts op het gebied van habitat herstel door o.a. specifieke gewassen te verbouwen die de biodiversiteit verhogen.

Koploper

Met deze maatregelen en meer is het bedrijf een koploper als het gaat om het toepassen van technologie en het duurzaam produceren van hoogwaardige gewassen. Het bedrijf is meer dan bereid samen te werken op deze onderwerpen. Het bedrijf produceert ook enkele gewassen voor de biologische markt maar geeft aan dat de vraag nog achter blijft waardoor dat maar een klein gedeelte is van de totale productie. Veel van de gewassen die het bedrijf produceert, kunnen niet machinaal worden geoogst, zoals de tomaten voor de verse markt, meloenen en kruiden. Daardoor is de productie erg arbeidsintensief en dat is een grote uitdaging aangezien het lastig is om geschikte werknemers te vinden en de arbeidskosten erg hoog zijn. Een van de gewassen dat pas sinds kort machinaal geoogst wordt, is katoen. Op het moment van het bezoek vond de oogst van de katoen plaats en kreeg plv. DG Agro Landheer de mogelijkheid om een handje te helpen. Met drie oogstmachines (de nieuwste uitvoering is 1 miljoen USD waard) kon de katoenboer de arbeidslasten terugbrengen van 35 naar 3 mensen.