Zweden eten meer Zweeds vlees, maar minder Zweedse kaas
In een nieuw rapport van Jordbruksverket (Swedish Board of Agriculture) staan de laatste productie cijfers van Zweden. De focus ligt op hoeveel producten in Zweden in het binnenland zijn geproduceerd.
Kaas, vlees, en eieren
Sinds 1995 is er in Zweden een afname in het marktaandeel van Zweedse kaas, 1995 was ook het jaar dat Zweden toetrad aan de Europese Unie. In 1995 was het aandeel Zweedse kaas bijna 90%, en is sindsdien lineair afgenomen, in 2018 was het aandeel zo’n 43% (Fig. 1). Daarentegen is er na een gelijksoortige afname sinds 1995 weer een stijgende trend in het marktaandeel Zweeds vlees.
Twee artikelen over het rapport kiezen de kop we eten meer Zweeds vlees, maar minder Zweedse kaas, wat overeenkomt met dat er over het algemeen veel waarde word gehecht aan binnenlandse producten. Deze trend word gezien als bewijs dat consumenten bewuster worden van waar het voedsel vandaan komt. Vooral als het gaat om dierlijke producten zoals eieren, vlees, en zuivel. Dat het marktaandeel van Zweedse kaas is gedaald is daarom geen goede zaak volgens de Zweden.
Eieren komen doorgaans wel uit Zweden (bijna 100%), en dat heeft te maken met de garantie voor Salmonella-vrije eieren.
Extreme droogte 2018
De extreme weersomstandigheden van 2018 zorgde voor schommelingen in de binnenlandse productie. Vanwege de extreme droogte van 2018 is het marktaandeel Zweeds graan gedaald van 130% naar 80%. Aan de andere kant was er in 2018 een recordoogst van appels, en zorgde voor een stijging van bijna 10% meer Zweedse appels op de markt.
Aardbeien
Het marktaandeel Zweedse aardbeien blijft redelijk stabiel door de jaren heen, rond 70%. In de zomermaanden stijgt dat getal naar bijna 100% (Fig. 2).
Net als andere Zweedse producten, word er veel waarde gehecht aan Zweedse aardbeien. Tijdens het Zweedse aardbeienseizoen staan er talloze kraampjes langs de (snel)weg. Aardbeien zonder vermelding van land van afkomst worden in het seizoen gecontroleerd op afkomst met isotopen onderzoek.
Nynke Blömer, Kopenhagen, 4 juni 2019