'Ruimte houden voor Nederlandse visserij'

De commerciële zeevisserij in de Europese Unie staat onder druk. Biodiversiteit en plaatsing van windmolens krijgen steeds meer prioriteit in Brussel. “Mijn uitdaging is om binnen de randvoorwaarden van natuurontwikkeling en de energietransitie toch ruimte te houden voor de Nederlandse visserijsector”, zegt Carian Posthumus Meijjes. Zij is sinds augustus 2022 als landbouw- en visserijraad werkzaam bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Unie.

Somber over de Nederlandse zeevisserij is Posthumus Meijjes niet. “Maar makkelijk is het niet en gaat het ook niet worden. Green Deal, energietransitie, plannen voor natuurherstel; het raakt allemaal de visserij. En dus ook de Nederlandse vissers. Aan mij de taak om toch ruimte te houden voor de sector.”

Carian Posthumus Meijjes
Carian Posthumus Meijjes

Actief voor LNV

Posthumus Meijjes werkt al vele jaren op het ministerie van LNV. Zij is betrokken geweest bij vele Europese dossiers, waaronder dierziektebestrijding en visserij. Van 2016 tot 2020 was zij landbouwraad in Rwanda en Uganda. Afgelopen twee jaar was zij coördinator in het LNV-team dat zich bezighoudt met het Europese visserijbeleid. “De Europese Unie is allesbepalend voor de visserij”. Met mijn werkervaring en belangstelling voor de sector is Brussel the place to be. Ik vind het fantastisch om me hier in het landbouw- en visserijteam bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland te mogen inzetten voor een duurzame Nederlandse visserij.”

Brussel is een prettige stad

Sinds de zomer van 2022 woont zij in Brussel. “Ik vind Brussel een mooie en prettige stad. Het is ook een overzichtelijke stad met een prima openbaar vervoer. Mijn twee kinderen zitten op een fijne school, dicht bij mijn werk en ons huis. Kortom, een prima plek om komende jaren te wonen en te werken.” 

'Voor de Nederlandse visserij is belangrijk dat Nederland ruimte krijgt om de transitie van de visserijvloot, zoals omschreven in het Noordzee-akkoord, vorm te geven'

Wat vind je zo interessant aan de visserij?

“De visserij is in de eerste plaats een commerciële sector, een groot aantal ondernemers is hierin actief. De sector krijgt meer en meer te maken met andere maatschappelijke wensen, zoals natuurherstel en productie van duurzame energie. Als gevolg van de oorlog in Oekraïne wordt ook het voedselzekerheidsvraagstuk relevanter. Tussen al die belangen en wensen moet een balans worden gevonden. Dat maakt mijn werk enorm uitdagend.”

Is de Nederlandse visserij nog steeds een sector van betekenis?

“Als je het economisch belang van de visserij afzet tegen die van de melkveehouderij is het visserijbelang natuurlijk kleiner. Voor een aantal lokale gemeenschappen in Nederland is de visserij juist van enorme betekenis, ook vanuit cultureel oogpunt. En vergeet de visverwerkende industrie en vishandel niet. Nederland importeert veel vis en exporteert visproducten en speelt daarmee een belangrijke rol in de wereld.”

Beeld: ©WUR

Wat zijn je eerste werkervaringen?

“Ik werk hier met drie collega’s in het landbouw- en visserijteam. Ze zijn ervaren en gemotiveerd, ik leer veel van hen. Belangrijk voor mij zijn de wekelijkse bijeenkomsten van de Raadswerkgroep Visserij. Daar zitten de visserijattachés van alle lidstaten aan tafel. Deze werkgroep bereidt de vergaderingen van de Raad van Landbouw- en Visserijministers voor. De attachés zijn allemaal mateloos gemotiveerd. Helder is dat de belangen verschillen, maar toch is er altijd bereidheid om te zoeken naar consensus.”

Wat staat er bovenaan je agenda komend jaar?

“Voor de Nederlandse visserij is belangrijk dat Nederland ruimte krijgt om de transitie van de visserijvloot, zoals omschreven in het Noordzee-akkoord, vorm te geven. Een ander belangrijk punt is de toenemende roep om bodemberoering te beperken. Het is belangrijk dat ook duidelijk wordt waar met bodemberoerende technieken nog wel mag worden gevist. Behoud van die ruimte is juist voor ons land belangrijk omdat Nederlandse vissers veel op tong en schol vissen. Deze soorten leven in en vlak boven de zeebodem. Alternatieve technieken, zonder bodemberoering, zijn er nog niet. Ook met de aanlandplicht ga ik me bezighouden. Die plicht is voor een deel van de Nederlandse vissers nu moeilijk uitvoerbaar en er zijn goede ideeën over alternatieve oplossingen. Daar wil ik de komende tijd hier in Brussel het gesprek over voeren en kijken of er mogelijkheden zijn om coalities te vormen.”

Staat verduurzaming van de visserij op jouw agenda?

“Absoluut. Dit is de belangrijkste opdracht voor iedereen die werkt aan het visserijbeleid. Het gaat dan bijvoorbeeld om de afspraken over de vangstmogelijkheden en om bescherming van kwetsbare ecosystemen en gevoelige soorten. Deze maand staat toevallig de energietransitie van de visserijvloot op de agenda van de visserijministers. Het gaat er dan om de uitstoot van motoren omlaag te brengen. De motoren die minder klimaatgassen uitstoten, zijn in ontwikkeling, maar op dit moment commercieel nog niet rendabel. Vanuit LNV willen we de aanschaf van duurzame motoren ondersteunen. Daarvoor is aanpassing van Europese regelgeving nodig. We proberen dat komende periode voor elkaar te krijgen.”

Visverwerking uit machine
Beeld: ©Visfederatie
Nederland is een belangrijke speler op het gebied van visverwerking.

Heeft Nederland veel invloed in Brussel als het gaat om de toekomst van de visserij?

“Laat ik het zo zeggen, die invloed is in het verleden wel eens groter geweest. Het imago van Nederland in Europa heeft enkele deukjes opgelopen. Er wordt kritisch gekeken naar hoe wij de Europese regels uitvoeren, monitoren en handhaven. Dat mindere vertrouwen is lastig, maar tegelijkertijd een uitdaging. Wat kunnen we doen om het vertrouwen te herstellen? Met welke landen kunnen we nieuwe coalities vormen? LNV is aan zet voor de inhoud, mijn rol is om de betrokken ambtenaren in Den Haag strategisch advies te geven. Ik ben hier elke dag en weet dus wat er speelt en hoe de verhoudingen tussen de lidstaten liggen. Ik kan inschatten welke voorstellen hier goed vallen en welke niet. Samenwerking tussen Brusselse en Haagse ambtenaren is van groot belang. In zijn eentje krijgt Nederland niks voor elkaar in Brussel.”

Contact

E-mail: bre-lnv@minbuza.nl
Telefoon: 003226791545 / 1546 / 1549 / 1544